United States or Romania ? Vote for the TOP Country of the Week !


De Add. Acte 1896 bracht nu de volgende lezing van het oude art. 3: Auteurs, die niet tot een der landen van het Verbond behooren, maar die hunne werken van letterkunde en kunst voor het eerst in een van deze landen hebben gepubliceerd of doen publiceeren, genieten voor deze werken de door de Berner Overeenkomst en de tegenwoordige Additionneele Acte toegekende bescherming.

Men ziet uit het bovenstaande, hoe het beginsel van een uitsluitend vertalingsrecht van even langen duur als het overige auteursrecht, dat reeds door de ontwerpers der Conventie van Bern als het juiste werd erkend, gestadig in het Verbond veld heeft gewonnen. De Conventie 1886 verleende een vertalingsrecht van slechts tien jaar; de Add.

Eene andere uitlegging dan de bovengenoemde is echter moeilijk denkbaar en zou hoogstwaarschijnlijk ook met de bedoeling van de ontwerpers der bepaling in strijd zijn. In het tweede, derde en vierde lid van art. 5 Conventie 1886, waarin de Add.

Hieruit zou de verkeerde gevolgtrekking kunnen worden gemaakt, dat het krachtens de Conventie in alle gevallen vrijstond, berichten uit dagbladen zonder toestemming van schrijver of uitgever over te nemen, ook indien daarin b.v. een daad van deloyale concurrentie was te zien. In hoofdzaak echter komen de bepalingen van art. 7 laatste lid Conventie 1886 en Add.

De Conventie 1908 beslist, dat dan het land van het Verbond alleen als land van herkomst geldt. Zooals men ziet kan er voor geen enkelen staat eenige reden bestaan, om een of meer dezer wijzigingen niet te aanvaarden; nog minder kan dit het geval zijn ten aanzien der wijziging, die de Add. Dit behoeft na, hetgeen hierover reeds is gezegd, geene toelichting meer.

Hierbij dient men echter te bedenken, dat de Conventie slechts een minimum van bescherming waarborgt, d. w. z. dat hare bepalingen nooit de strekking kunnen hebben, om rechten, die, indien zij niet bestond, zouden kunnen worden ingeroepen, geheel of gedeeltelijk te doen vervallen. In dit verband is hij alleen van practisch belang ten aanzien van de bepalingen der Conventie 1886 en der Add.

Eenzelfde verklaring werd daar ook namens Spanje gedaan . Deze twee staten zullen dus bij de bekrachtiging der Conventie 1908 artikel 8 niet aanvaarden, maar zich houden aan de bepaling van art. 5 Conventie 1886, gewijzigd door de Add. Acte van Parijs. Daarentegen bestaat er alle kans dat Zweden en Noorwegen, de twee eenige Verbondsstaten, die de Add.

Invoering van auteursrecht op werken van beeldende kunst, van uitvoeringsrecht van muziekwerken enz. enz. zal dus ook in Suriname en Curaçao moeten geschieden. De vier laatste artikelen der Conventie hebben geen lange bespreking noodig; de bepalingen die zij inhouden zijn meest van formeelen aard. Artikel 27 bepaalt, dat de Conventie 1908 in de plaats treedt van de Conventie 1886 en de Add.

Er valt in de eerste plaats te wijzen op een belangrijk verschilpunt tusschen de Conventie 1886 en de Add. Acte 1896 eenerzijds en de Conventie 1908 anderzijds. Volgens de oude regeling worden in het algemeen als journalistiek werk beschouwd de stukken, die in tijdschriften en dagbladen zijn verschenen, terwijl de Conventie 1908 uitsluitend daartoe rekent wat in dagbladen is verschenen.

De, hierboven in de derde plaats genoemde, "alle andere artikelen", waarvoor de bijzondere journalistieke bepalingen gelden, zijn dus volgens de Conventie 1886 en de Add.