United States or Jordan ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Datje niet en nut, of met den monde smaeckt, Dat uyt een innigh vyer de lusten gaende maeckt .....maer breeckt de lange nachten Door vlyt tot deftigh werck." "o deftigh werck dat ick op heden doe... een wreede moort." Haagsche Vondeling. Vgl. Taal en Letteren, 1903, blz. 473. 672. mijn onervaren jeugd nu bij te minne en geringe schepsels bevrediging zoekt. Vgl. 614.

Maer om de waerheyde te seggen, veel geschreeus en weynigh wol. Want hoe kan men met eenige waerschijnlickheyd seegen, dat in al het Dortsche werck de Aenklager ende Rechter malkanderen te na hebben bestaen, daer het notoir is dat geen recht by 't Hof en is gedaen, als alleen inde saek van den Schout, en welke nochtans, als te voren is geseyt, gene aenklager en is geweest.

Sedert mijn jongste schrijvent is oock bij ons verovert het eijlandt Ciauw, alwaer wij verstaen hadden dat een goede quantiteyt vivres lach voor Spaansch Tarnate, het welcke de Spangnaerts aldaer opgesmeten hadden, doen wij voorleden jaar met het noordelijck mouson in zee cruysten. Een vande principael oogmercken om dit werck te verrichten is geweest, om met het volck van voorn.

Jacob Cats zegt, dat veroordeeling van het tweede huwelijk roomsch is en dus onder ons niet behoeft te gelden: »'k En wil nogh evenwel geen menschen wederhouwen, Van weder als het dient of andermaal te trouwen, Al wat hier tegen wrocht is oude ketters werck, Dat noyt en heeft behaeght aan Godes ware kerck

Daarentegen werd bij gelegenheid van de Synode van Dordrecht een octrooi op de afbeeldingen dezer vergadering in dezer voege gesteld: "Is den suppliant geaccordeert octroy voor syn werk, met interdictie dat tselve niemant en sal mogen naemaecken, maer nyet privative dat anderen nyet sullen haer eygen werck mogen drucken ende vuytgeven" .

"Wie veel den acker ploeght, wanneer hy is besayt Die breekt sijn eerste werck, en maeckt 't et al bekayt." "Wis soo ghy langer blijft, soo isset al bekaeyt." Over dit woord: Van Wijk-Frank, Etym. Wdb; Gallée, D. Literaturz. 1884, kol. 1340. de Vries, Warenar, 190. Mag. Ned. Taalk. Halbertsma, Letterk. Naoogst I, 64; ook van Helten, Woordafl.-proeven 9 noot. de Woordenbkn.

"Er is hier geen Ambtman meer," antwoordde de bediende op een norschen toon: "wilt gij de Grietlui spreken, die zitten binnen. Ga maar, zij wachten u al." Kom, beul en doet v werck, kom laet de deugh-niet knielen En wilt hem door het sweert van stonden aen vernielen. Siet, daer ist al geseyt. Men doet het recht te kort, Indien men niet terstont het schendigh bloet en stort. Cats. Trou-ringh.

"Omdat..." Maar verder kwam de burgemeester niet. De gemeente, die begreep dat ze zóó wel den ganschen dag tot speelbal van kleinzielige willekeur kon dienen, hief Psalm 68:14 aan: "Israël, Godt geeft u dat gy Syn Koninckryck aenschouwet vrij, Hij regeert al u wercken; Wilt doch, Heer, gij die ons bemint, 't Werck dat gij nu in ons....." Maar verder kwam de gemeente op haar beurt niet!

Daer is geen edel geest die oyt heeft leeren dichten, 1425 Of hy valt aen het werck met alle syn gewrichten; Al wat of spits vernuf, of kunste geven magh, Dat koomt om desen tijt ten vollen aen den dagh.

De eerste is "out-man ende weduwenaer", de ander "jonghman ende noch ongehout"; deze overlegt hoe hij "bequamelijck uyt desen eensamen staet tot een geselligh leven soude mogen komen." Het hapert hem er maar aan dat hij "te weynigh kennisse van saken hebbe in die gelegentheyt, en noch de rechte gronden niet en weet van dat groot werck."