United States or Dominican Republic ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wanneer Franske zijn vrouw op heur plaats bracht, klopte Geerten heel familiaar en met oolijke oogen, waarin pretglimmingen vonkten, Lowis eventjes op den ronden buik, spottend roepend: "Bedod! voor dien erin zit!"

De jongen, slecht wakker, keek dwalerig, lacherig; hij huiverde in de schouders, schuwoogde de lantaarn in en krabde wat onder zijn voddenmantel over de vorstelijke borst. In zijn kroeshaar spatterde licht, hooisprietjes, ze vonkten goud als droeg hij van de zon meê in zijn haren.

De zon streed met de nevels en misten en telkens vonkten die naderende sterren op en Guenever meende, zij hoorde reeds, angstig tusschen haar angstigen vrouwendrom, de hand aan het oor, het aandraven der vijandelijke ruiterijen...

Haar rood gesteente leek doortinteld van eenen warmen goudglans; de schaduw aan haren voet was als een sleep van zwart fluweel; op hare kruin glom het natte mos als smaragden, en vonkten de bedrupte graspluimen als brillanten, gestengeld op eenen diadeem.

Het knaapje gloeide: in zijn oogen vonkten tranen, rillingen van geestdriftig begeeren tintelden langs zijn rug: o een held te zijn, een martelaar voor de vrijheid, groote daden voor de makkers te doen. Machtig ontwaakten in hem de oerneigingen van sympathie en meegevoel, de sociale driften. En machtig blies de wind der verbeelding hun vlammen aan.

Norsch en koel vonkten die donkere oogen mij tegen; de vleugels van den fraaien neus spanden zich, als van toorn; de frissche lippen presten zich dreigend samen.... Vanwaar, dacht ik bij den derden zijstap, vanwaar deze verstoorde uitdrukking op dit eêl gelaat?... Toen schoot mij plotseling te binnen: o Hemel! als zij eens meende dat gij 't er om deedt, dat ge een vlegel waart, die haar den pas wou afsnijden om haar te beleedigen!... Mijn blos werd scharlaken.

Ze zweette en blies en 'r ooren vonkten den glimmrenden schijn door de straat 'r ooren droegen teeder geglans van dauw-op-een-bloemstruik 'r ooren, garstig en spek-bleek, slierden een zilveren herfstdraad met bevend geflonker door 't stuifsel dat voeten sloegen uit asfalt. Vet en heup-kwallend, dauw-smachtend, ging ze een hoek om.

Het is hier nog desellefde saaite ... verlachtte zwaar z'n stem weer; ... voor 'n bloote riksdaalder sou ik hier nie weer terug wille.... De wind komp hier dwars op je af ... je ruikt hier niks as bakolie ... en fan bove en van beneje hoor je niks as geroep en gekakel.... Dan lieferst an de Suidsei stijf.... Hij lachte en zijn oogen vonkten van de pret. Annemie lachte mee en de andere wijven ook.

Ik wensch u, sprak Sörge, voorover buigend naar Marjoleen, geluk met uw kostuum. Het is prachtig. Roy-Dour liet over zich komen de verlegenheid van iemand die tegen niet veel bewondering bestand is, en ze maakte van de gelegenheid gebruik om in een lachje tusschen hare rood-natte lippen een rij tanden te laten zien, welke er als kostbare parels vonkten.

Hij merkte op hoe de blauwe oogen vonkten. "En misschien erger dan dat. Als zij je hadden kunnen vangen, zou er een groot sensatiebericht in de couranten zijn gekomen en 't was met je gedaan geweest. Maar ik betwijfel dit. Zulke dingen gebeuren niet meer. 't Is een legende, anders niet, die uit de vroegere geschiedenis van den ring stamt.