United States or Iran ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het was een lief huis en een gelukkig echtpaar. Het vaandel van het gild wapperde uit het huis, en gezellen en leerjongens riepen: «HoeraJa, dat was iets! En toen stierf hij: dat was ook iets!

Madame trok het raam open, en zij keken nu nog eens, als tot afscheid, in de ouder bekende straat. 't Was tusschen licht en donker. Het plein lag eenzaam, en de lucht werd stilaan befloersd door den aandoezelenden avond. Leerjongens en leegloopers stonden fluitend en rookend te lanterfanten aan den hoek.

Don Antonio ontsloeg hen uit zijn dienst en schafte zich een orgel aan. Maar dit werd zijn ongeluk. De leerjongens en winkelbedienden van geheel Diamante bleven weg van het theater. Zij wilden geen orgel dulden in hun theater, en ze beloofden elkaar, niet naar het theater te gaan, vóórdat don Antonio de blinde muzikanten weer in zijn dienst genomen had. En zij hielden hun belofte.

De leerjongens uit de buurt plachten langen tijd Noah op straat te brandmerken met de smadelijke namen van »Leerbroek!« »Bedeeldeen dergelijke, en Noah verdroeg ze zonder tegenspraak. Maar nu het lot hem in aanraking bracht met een weesjongen zonder naam, dien de minste met den vinger kon nawijzen, nu droeg hij de ondergane vernedering met woekerwinst op deze over.

Hier is zij, sprak hij. Het ware goed, zei Uilenspiegel, dat men vóór die muren groote gordijnen hing, om mijn schilderwerk te behoeden voor stof en voor de beleediging der vliegen. Dat zal geschieden, sprak de edele landgraaf. Toen de gordijnen hingen, vroeg Uilenspiegel drie leerjongens, om zijne verven te malen, naar hij zeide.

Ik kom leerjongens zoeken, die me meteen een handje kunnen helpen bij mijn werk. Als jullie me bevalt," en hij keek de mannen één voor één aan, "dan wil ik je misschien wel in mijn' dienst nemen en je een paar lesjes in 't stelen geven." De mannen wisten niet, hoe ze 't hadden: ze keken elkaar eerst zoo beteuterd aan, dat Tom er wel om lachen moest.

Te Mechelen hadden volgens V. Reinsberg-Düringsfeld, Calendrier belge II, bl. 295, de leerjongens de gewoonte, dien dag van meester tot meester te gaan om een fooi te vragen onder het zingen van bepaalde rijmpjes. Te Keulen is zij met haar geschenken de voorloopster van Sinterklaas.

Maar tegen den middag kwamen de moeders met een gelaat, verstijfd van ontzetting, en namen de kleinen mee naar huis, opdat men tenminste bij elkaar zou zijn, indien er iets gebeurde. Eveneens hadden alle leerjongens bij de schoenmakers en kleermakers een vrijen dag. Maar de arme knapen waagden het niet daarvan te genieten, ze bleven liever stil op de werkplaats om te wachten.

Maar de ezeldrijvers en leerjongens, die voorbij zijn theater gingen en het aanplakbiljet lazen, lachten hoonend. Het zag er heel duister uit voor don Antonio, maar hij werkte onvermoeid door. Toen de avond aanbrak, dat het passiespel gespeeld zou worden, was niemand ongeruster dan donna Micaela. "Zal het kleine beeld mij helpen?" vroeg zij onophoudelijk.

Dertig dagen lang gastreerden Uilenspiegel en de leerjongens en lieten zij zich de fijne vleezen en de oude wijnen goed smaken. De landgraaf zorgde voor alles. Doch den een en dertigsten dag stak hij zijn neus in de kamer, alwaar Uilenspiegel gezegd had, dat niemand mocht binnenkomen. Hewel, Thijl, sprak hij, waar zijn de portretten? Ze zijn verre, antwoordde Uilenspiegel. Mag ik ze zien?