United States or Jordan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het dek was door allerlei voorwerpen en kisten versperd, dus wist men nog minder dan anders, waar men zich zou bergen, als men niet in de hut wou stikken. Als er geen wind is, fluiten de boys om hem op te wekken, eentonig, onvermoeid, en zijn vast overtuigd, dat zij den eerstvolgenden windstoot hebben uitgelokt.

Louis vroeg waarom ze zoo stil was, of ze hoofdpijn had.... Neen, zei ze, maar ze was wel erg moe, ze wist niet hoe ze zoo moe kwam, maar alles was als lood aan haar.... O! haar beenen, en haar hoofd!... Ze wou maar vroeg naar bed gaan.... Dat ried Louis haar ook sterk aan, want morgenavond was het bal, dan moest ze frisch zijn en onvermoeid.

Wij hebben niets voor ons ontbijt: wij moeten ons althans eenige visschen verschaffen voor ons diner, en daartoe in de eerste plaats een vogel machtig worden om tot aas te dienen. Bevallige zwaluwen vliegen om ons heen, over het hooge gras heenstrijkende, onvermoeid op de insektenjacht. Wij hooren de scherpe kreten van eenige jonge arenden, die geheel buiten ons bereik zijn.

Het overige gedeelte van het personeel van het luchtgevaarte was beneden, waarschijnlijk bezig met ontbijten. Slechts een hulp-machinist, die de wacht bij de werktuigen had, wandelde onvermoeid het dek op en neer van de voorroef naar de achterroef.

Een Belg, een flinke jonge kerel, met een oolijk gezicht en een zwarten knevel, zat onvermoeid een groote drieklaviers harmonica te bespelen, een Hongaar begeleidde hem zoo goed het ging op de viool, een stoker sloeg flink in de maat groote trom en een matroos roffelde heel aardig op een kleine infanterietrommel.

Deze chineesche bevolking, wier aantal van jaar tot jaar groeit en de Philippijnen dreigt te overstroomen, bevat zeer verschillende elementen; ongetwijfeld vindt men onder die scharen van landverhuizers een zeker aantal schurken en bandieten, die vroeg of laat in den kerker terecht komen; maar verreweg de meesten, slim, vol overleg, matig, onvermoeid, maken hun fortuin.

Schaepman was, en wellicht nog meer dan deze, is hij vóór alles volksleider. Een man met een ruime gedachtenwereld, met breede en nieuwe gezichtskringen, van snellen oogopslag, met een tegelijk vaste en zachte hand, en daarbij een ijzeren wil door niets te buigen, onvermoeid, en gesterkt door het geestdriftig geloof in het van verre zichtbare ideaal.

Jacques was een ware boer geworden, een onvermoeid werkman, die boos werd als ik iets aanraakte, en mij zeide dat ik oud werd en rust moest genieten. En, terwijl ik hem van verre gadesloeg, legde een zacht en licht wezentje, dat op mijne schouders sprong, de kleine handen op mijn oogen en vroeg: "Wie is het?"

Hij zag niets dan vliegende ganzen voor zijn oogen. Hij sprong naar zonneplekken, die hij op het veld zag en naar een armen vlinder, die te vroeg uit zijn pop gekomen was. De wilde ganzen gingen onvermoeid door met vliegen, vliegen! Ze bleven Smirre den heelen dag kwellen. Het wekte hun medelijden niet op, dat Smirre, in den war, verhit, waanzinnig was.

't Gedruisch van 't water, 't gedreun en gestamp der onvermoeid, onophoudelijk doorwerkende machine merkte men nauwelijks meer, men raakt allengs aan die geluiden gewend. Alle aandacht was op tooneel en spelers gevestigd.