United States or Puerto Rico ? Vote for the TOP Country of the Week !


Enkele dagen later stierf Jacques. Daar de begrafenis gelijktijdig met de opening van den salon plaats had, konden de Waterdrinkers er niet bij tegenwoordig zijn. De kunst voor alles, had Lazare gezegd. Jacques' familie was niet rijk en de kunstenaar had geen eigen graf. Hij werd in een hoek van het kerkhof begraven.

Al weet men het toevallig niet van Jan of Rogier, men weet het van anderen, hoe zij bij zulke feesten meewerkten: Colard Marmion, Simon Marmion, Jacques Daret.

"De moeder van Jean heette Jacqueline", gaf mijn oom ten antwoord: "Ik zal het kind Jacques noemen". "Jacques, Jacques," herhaalde Babet: "Ja, dat is een lieve naam...... En zeg eens, wat zullen wij van dat ventje maken; een pastoor of een krijgsman, een heer of een boer?" Ik begon te lachen. "Wij hebben nog allen tijd daarover te denken", sprak ik.

Ik heb u een mof beloofd en ik zal u die ook geven, zooals mijn vriend Jacques er een gegeven heeft aan zijn arm vriendinnetje Francine, die, zooals ik hierboven door de puntjes heb aangeduid, zijn maîtresse geworden was. Francine was blond, blond en vroolijk, wat niet dikwijls voorkomt.

Op een meesterachtigen en koelen toon brandde Thénardier dit bezwaar uit, door te zeggen: "Jean Jacques Rousseau heeft niet minder gedaan!" Van het gewetensbezwaar was de moeder nu tot ongerustheid overgegaan. "Maar zoo de politie ons kwam lastig vallen? Spreek, Thénardier, is 't geen wij gedaan hebben geoorloofd?" Thénardier antwoordde: "Alles is geoorloofd. Niemand zal er iets van vernemen.

Ik leerde Jacques kennen in het hospitaal, waarin ik zelf langen tijd ziek gelegen had. Zooals ik reeds gezegd heb, stak er in Jacques een groot kunstenaar, doch hij liet er zich volstrekt niet op voorstaan.

En wanneer ik mij met het vallen der gele bladeren erger voel worden, dan gaan we in een dennenbosch wonen: daar zijn de bladeren altijd groen." In het begin van October moest Francine het bed blijven houden. Jacques' vriend behandelde haar.

Onder de aristokratische kennissen, die Rousseau te Mont Louis maakte, zijn er eenige van beteekenis voor zijn verder leven geworden. Ten eerste Mme de Verdelin alweer een jonge vrouw met een minnaar, die Jean Jacques absoluut tot vriend wilde hebben.

"Goede God!" riep Francine uit; "ik kan wel naar mijn kamer gaan ik zal daar niet in zeven slooten tegelijk loopen, maar om erin te komen, moet ik mijn sleutel hebben. Ach mijnheer, help mij even zoeken, hij moet op den grond liggen". "Laten we maar even zoeken, mademoiselle," zeide Jacques.

Dit laatste was zelfs zoo erg, dat hij al bloosde als Véronique hem bedaard in 't gelaat zag. Ik verzocht Rose hem te roepen. Hij bleef achter in den hof staan en hielp de dienstmeiden den driemaandelijkschen wasch uitspreiden. Toen hij de eetkamer was binnengetreden, waar wij ons bevonden, wendde Jacques zich tot mij, zeggende: "Spreek nu, vader!"