United States or Niue ? Vote for the TOP Country of the Week !


't Zou ook altijd precies eender smaken, en dus vervelend worden, als het niet op verschillende manieren geprepareerd werd. Daarom hou ik altijd mijnen zelfden hovenier en verander ik nog al eens van keukenmeid. Versta-je 't?

Rijnveld zoekt zijn kind. Help hem zijne dochter, zoo zij nog leeft, terugvinden. Voorwaar, uw loon zal groot zijn, grooter dan het vergankelijke wat gij hier zoekt." De gebiedende toon, waarop Van Bergen gesproken had, maakte een gewenschten indruk. Eenige mannen begaven zich onmiddellijk naar de plaats, waar de hovenier zijne nasporingen voortzette.

Maar bovenal hield hij er van daar die rustige gestalte van den hovenier te zien rondgaan met zijn witte schort voor, stil en in zichzelven, vol van liefde voor zijn jong en groen goed, in onafgebroken zorg voor de middagmalen van zijn meesters.

Mijnheer Reimond had alsdan eenen knecht of liever eenen vertrouweling, die vroeger hovenier was geweest bij zijne ouders. Mijn vader meende, dat deze knecht de voorname oorzaak was van de verblindheid zijns meesters, en hij deed lang moeite om hem door mijnen oom terug naar Limburg te doen zenden.

Maar de hovenier onderbrak zijne woorden en zeide met haast: "Neen, neen, spreken wij daar nu niet van. Het is reeds een kwart uurs geleden, dat Nox mij in den hof is komen zeggen, dat uw oom op u wacht. Ga spoedig naar het kasteel, hij zou verstoord kunnen zijn."

Mijn oom is niet ziek, en toch zou hij binnen vier dagen sterven? Dit schijnt mij ook een vertelsel, want hoe zou het kunnen geschieden? Mijn oom, die, ik twijfel er niet aan, een verstandig man is, zal toch zich zelven niet gaan dooden? Wat hebt gij dan, Jakob? Het is, alsof gij verbleektet en benauwd waart?" "God beware alle menschen voor zulken ijselijken dood!" zuchtte de hovenier.

Wonder toch, te moeten gelooven, dat de eerste indrukken, welke door het menschelijk gemoed worden ontvangen, tot zooverre onuitwischbaar blijven, en dat in mijnheer Reimond de wetenschap, de studie en zelfs de overgeleerdheid het onderwijs van eenen onwetenden en eenvoudigen hovenier niet hebben kunnen versmachten.

Hij slaakte eenen gil van blijde verrassing, sprong met open armen vooruit naar den ouden man, en zich aan zijnen hals werpende, riep hij uit: "Mijn goede Jakob! Gij leeft nog? God zij dank, dat ik u nog terugzie. Ach, hoe dikwijls dacht ik aan u! Ik durf het u nauwelijks vragen: hoe is het met uwe vrouw Peternelle?" De hovenier, in zijne ontroering verstikkend, kon niet spreken.

Ziet gij, Willem, ik was reeds hovenier op Wildenborg, toen mijnheer Reimond werd geboren, ik heb hem op mijne armen gedragen en, om zoo te zeggen, hem leeren loopen en leeren spreken. Ik weet niet om welke reden zijn vader in 1820 het buitenleven moede werd. Wat er van zij, wij verlieten Wildenborg en gingen altezamen naar Brussel wonen.

"Kom, Jakob, gij doet mij lijden. Wat gij daar vertelt, is gansch onbestaanbaar. Zou uwe verbeelding voor niets in deze zonderlinge gedachte zijn? Zeg mij duidelijk wat er van is, of ten minste wat gij gelooft." De hovenier scheen niet genegen om op dit oogenblik de gevraagde uitleggingen te geven.