United States or India ? Vote for the TOP Country of the Week !


Passen wij beide begrippen toe op spijzen en dranken, dan komt ~walging~ met afkeer overeen en duidt het gevoel aan, dat ons onpasselijk zou maken; in figuurlijken zin gebruikt men daarvoor ~walg~. Wordt de afkeer bij ons opgewekt door een persoon, die een hoogst ongunstig voorkomen heeft, door een voorwerp, dat ons door zijn leelijke gedaante vrees inboezemt, of door een handeling, waartegen ons gevoel in opstand komt, dan spreken wij van ~afschrik~. Het onweerstaanbaar gevoel, dat ons overmant, wanneer wij bij het hooren of zien van iets door angst en huivering worden aangegrepen en waarvan we reeds gruwen, als wij er aan denken, noemen wij ~afschuw~. Is het gevoel van huivering of ontzetting, waarmee de afschuw gepaard gaat, zeer sterk, dan spreekt men van ~afgrijzen~.

Diefstal is onbekend; de misdrijven, welke hier voorkomen, zijn die van mannen, gewoon hun tegenstander in het aangezicht te weerstaan, en die gruwen van lafheid en huichelarij.

"Het stuk dat wij gezien hebben was prachtig. Van de élégance der toiletten beste mama, kan men zich geen begrip vormen. Een actrice, die in de rol eener madame Duvanont overheerlijk speelde, en ons een vrouw voorstelde die uit innige liefde voor haren minnaar haar echtgenoot vermoordt; ja zelfs om hem te overtuigen dat zij niemand liefheeft dan hem, aan haar bediende den last geeft om haar kind spelevarend met een bootje, in den vijver heimelijk te doen omkomen; die actrice had in datzelfde stuk ik heb het goed geteld acht verschillende toiletten. Als wij zulk een vrouw en moeder in de werkelijkheid zagen, wij zouden er natuurlijk van gruwen, maar als men zoo iets op het tooneel ziet, dan geeft het een geheel anderen indruk. Men weet ten eerste dat het niet waar gebeurd is, en bovendien, 't was een beeldschoone vrouw; en die heerlijke toiletten! en die stem toen ze zoo zei: "Mon Edgard, sans toi le ciel me serait un enfer!" o dat was onuitsprekelijk mooi; en de claque heeft toen ook geapplaudisseerd

Zóo gaat het morgen in het gister schuil; Zóo kwam Mathilde mijn gemoed vervullen, En kreeg mijn gansche ziel daarvoor in ruil. Hier is het lachend morgenrood een logen En ’t leven en ’t genot! Al wilder wordt de vlam: in gloênde bogen Golft bloedig licht door ’t gapend hol der krochten, En doet hun duister zien aan duizlende oogen, Die gruwen, voor wat dood en stilte wrochtten;

...Hoe ben ik toen onze Jodenbuurten, die immers zoo schilderachtig heeten, gaan gruwen als een vreeselijke plek van naamloos wee in de groote stad. Daarop weer thuis, nog vol van deze ellende uit het Amsterdamsche Ghetto, las ik in een oud boek, dat een Jood, die van mijn belangstelling wist, mij ter leen gegeven had.

Volg ze op haar baan, die dichterlijke zwerfsters, die van niets meer gruwen dan van de rechte lijn; volg ze met vreugdevol vertrouwen, zij zullen u 't is waar, niet langs den kortsten weg, maar langs ongebaande, nauw vermoede paden, dolend en dwalend als de knaap die onwillig naar de school gaat en ieder voorwendsel aangrijpt om zich op te houden; ja, zij zullen u brengen naar stille plekjes, waar ge droomend nederzit en het u zijn zal, als hoordet ge duidelijk het loflied, dat bergen en rotsen, wouden en velden, vlakten en dalen, rivieren en beken, onverpoosd opzenden naar den hoogen hemel, die zich zegenend uitbreidt over de bloeiende aarde.

Het uitkoken geschiedt in groote, op het dek ingemetselde, ijzeren ketels, welker vuurhaard aan alle zijden door water omgeven is. Bij den aanvang van de bewerking gebruikt men hout als brandstof, later echter uitsluitend de "gruwen" of "kanen" van het uitgebakken spek, die genoeg warmte kunnen leveren, om de geheele spekmassa van den Walvisch uit te koken.

Mij bekennen misschien zoodra ik hem het geld voor zijn dwaasheid weigeren moet dat hij nu mede geheel overtuigd is van 'tgeen zijn vrouw mij verwijten dorst, dat ik.... ha! dat ik ben: én trotsch én schriel!" "Goeje hemel, generaal!" "Nu weet je het knaap. En 't is goed misschien dat de vertrouwde van dokter Helmond het weet, om ervan te kunnen gruwen.

Rapen zijn een der oudste geregten ter wereld, en doen u ons bestuur onwillekeurig mannen toewenschen, als de Romeinsche Republiek er in de dagen van haren eenvoud en harer grootheid voortbragt, maar hoe vurig ge, bij vrijer uitstellingen, meer onafhankelijkheid van geest wenscht, die voor minder behoeften veil is, denk er eens aan, als die ongelukkige vergelijking u van het kannibalen-maal gruwen doet!

We gruwen reeds als we het »Sensentie« of Strafboek doorbladeren en lezen van straffen als levend begraven, verdrinken, de tong doorboren met een gloeiende priem enz. Zorg dan ook maar niet tegen de »keuren« te zondigen, als wij straks de stad binnentreden.