United States or Nauru ? Vote for the TOP Country of the Week !


Bovendien, wij erkennen het, treedt de utopie uit haar schitterenden kring, zoodra zij oorlog voert. Zij, de waarheid van morgen, ontleent haar gedrag, het gevecht, aan de logen van gisteren. Zij, de toekomst, handelt gelijk het verleden. Zij, de zuivere idée, wordt gewelddaad.

De huispaap begreep en, om haar logen, seinde hij, onzichtbaar voor Gawein, Ysabele over het hoofd... En bad God van Hemelrijk, dat Hij vergeven zoude... Gawein! riep Gwinebant, bleek op den drempel. Gwinebant! riep Gawein stervende. Kom tot mij! Gwinebant, gesteund, naderde. En hij knielde bij Gawein. Gij hebt mij gered, Gawein, zeide hij. En gij sterft van de wonde, die gij voor mij opvingt!

"Maar," zeide de hansworst, hem met wijdopgespalkte oogen aanziende: "'t is met dat al immers niet waar?" "Om 't even," antwoordde de Bisschop: "wat gaat u dat aan? Is uw geheele leven niet een logen? Liegt gij niet op alle markten en kermissen, dat de steenen er van zweeten?"

En daarop trok ik tegen u het zwaard, En zijt gij hier het klooster ingevlucht, Van waar ge, als door een wonder, hier weer staat. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Ik zette nooit een voet in deze abdij; Nooit trokt gij tegen mij het zwaard, en 'k heb De keten nooit gezien. God sta mij bij! Waar gij mij meê bezwaart, 't is alles logen. HERTOG. Dit is een zaak vol wondervreemde raadsels!

»Nu al!" zuchtte Frits, terwijl hij de hand naar 't hart bracht, als voelde hij dáár de pijl die getroffen had; maar bij een oogenblik nadenkens herstelde hij zich, en hoewel bleek van aandoening, sprak hij met vuur: »Neen! neen! dat is onmogelijk, dat is logen en laster, Bram! Niet van u, dat geloof ik wel, maar.... ze zijn zoo babbelachtig in dit stadje!"

O, ze had er wel eens over hooren praten en er van gelezen, van het leven van jongelui, en dat 't zoo anders was meestal, dan 't scheen aan den buitenkant, en ze had niet gedacht, dat de menschen, die zoo oordeelden, logen of zich vergisten, maar wèl: dat ze over 'n ander soort jongens praatten, dan zíj kende.

Hij is een Fries en zal hier niet komen om zijn land ten val te brengen." "Een Fries!" riep Westra, verbaasd terugtredende: "hij!" "Monnik!" zeide Deodaat zachtjes: "bezwaar u met geen logen om mijnentwil. Ik ben...." "Zwijg!" zeide vader Syard: "Ik ken u beter dan gij u zelven kent: of," vervolgde hij, den Ridder scherp aanziende: "weet gij, wie uw vader was?"

En zij verlangde naar den zomer; o, Mei, met haar nattig, mistig weêr, en haar zeldzamen helderen dag, mocht zich zoo snel mogelijk ten einde spoeden; hoe had zij zich nog eenige illuzie kunnen maken, dat Mei een maand van lente-weelde zou zijn, zooals de dichters het logen!

Satan-zelf, uw koning ging dus voor, En gy wrocht wondren uit op zijn doorluchtig spoor. Wien dankt hy, dan zijn list, geheel zijn rijksvermogen? Wien 't opstaan van de Dood? hy, schepper van den logen! En wy, wat danken we u, wat zijn we u niet verplicht, Misleider, na uw Vorst de schranderste onder 't licht! 't Belang der Hel alleen verbindt me, uw grootsche daden Te smoren.

Ik verdiende den kost met boomsnoeien. Ik heet niet Fauchelevent, ik heet Jean Valjean. Ik ben volstrekt geen familie van Cosette. Wees gerust." Marius stamelde: "Wat bewijst mij?..." "Ik; wijl ik 't u zeg." Marius staarde den man aan! Hij was somber en kalm. Geen logen kon uit zulk een kalmte komen. Het koele is oprecht. Men voelde de waarheid in deze kilheid des grafs.