United States or Slovenia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ware hij niet geheel verkerkelijkt, verdogmatiseerd, de door mij gecursiveerde zin van Geertje, die uitbarsting van haar innigste en hoogste voelen zou hem tot inkeer gebracht en hem de oogen geopend hebben.

Daar zijn bloemen, mijn bloemen van zang: Zij spreiden een licht om zijn hoofd, Een schijnsel om lokken en wang, Dat nooit zal worden gedoofd Goeden en grooten begraaft men zoo: Zij zijn licht in hun sarkophagen, Met een schijnsel van zangen en klagen Om het hoofd. Ziet ge: vooral die door mij gecursiveerde regels vormen zulk een gulden zoom van schoonheid om den donkeren nevel der herdenking.

Hiermede is het gedicht afgeloopen. Prachtig hoor: dat doet me goed aan mijn Joodsch hart, en als dat hart nog traditioneel-geloovig ware, dan zou het me nòg meer goed doen.... Maar eilieve, waar is nu eigenlijk het aesthetisch schoon van dit vers en waar zijn de krachtige en diepe gevoelens, die dit schoon hadden moeten veroorzaken. Zeker, de dichter zègt, dat "'t verlangen ... onbedwingbaar zingt in (zijne) zangen," maar maakt het geluid van zijn vers dat ook voor ons tot werkelijkheid?... Komaan, lezer, neem de proef, neem een goed [p.17] gedicht van welken grooten of kleinen dichter ge maar verkiest, neem, om 't u gemakkelijk te maken, de door mij gecursiveerde gedeelten der zooeven geciteerde jeugd-herinneringsverzen, verander daarin op zoodanige wijze de woorden, dat ge den groveren zinsinhoud niet verminkt, maar daarentegen van oorspronkelijk rhythme, van metrum, rijmklank niets laat overblijven, en ge zult u over het resultaat van uw vandalisme ontzetten: nagenoeg alles van wat u verrukte of bekoorde is wèg. Maar neem nu dìt vers, maak er gewoon fatsoenlijk proza van.... Welnu! wat verloort ge?... Niets. Ge h

Maar 't zijne staat, te midden van de dingen niet als een rif, waartegen baren breken maar als een meer, dat berg van vlakte scheidt, de onstuimige wat'ren die 't binnen-dringen herrijzen uit die klare en diepe streken als effene stroomen vol statigheid. Ziet ge: deze door mij gecursiveerde terzinen, die zijn die gulden zoom van schoonheid, om het zwaar gewolkte der contemplatieve gedachte.

Uit het door mij gecursiveerde vers mag men opmaken, dat hier sprake is van een fabel of een verhaal waarin een tournooi van apen wordt beschreven. Zulk een verhaal is, mijns wetens, niet tot ons gekomen. T.a.p. I, 96, vs. 69. Vgl. voorts de uitgave van Dr. Vgl. b.v. no. 11, 1-2; 28, 1 vlgg.; 42, 1 vlgg. De afschrijver voegde hieraan weer een paar onnoodige verzen toe.

In de door mij gecursiveerde woorden van Geertje, ziet ge 't arme schepsel in haar volle naïveteit en schaamtevolle bedeesdheid: hoe vreeselijk, dat die commissaris haar naam weet!! En de ander grijpt nu onmiddellijk in het daarop volgende kursieve slim de gelegenheid aan, om op Geertjes oom de schuld van hun elkaar niet kunnen zien te schuiven en tusschen dien en haar te stoken.

Ge ziet in dit stuk het liefdesverlangen van Geertje, ge ziet hier ook het aandoenlijk beroofd-zich-voelen van de wees, maar in de door mij gecursiveerde zinnen, zit dat andere. Hoe? Ze schaamde zich zoo over wat er was gebeurd, ze zou ommers ook liever heelemáál niet meer over de kermis hebben gesproken, maar ze had zoo'n behoefte om het te zeggen, om vertrouwelijk te doen tegenover Meneer....

Daarom was Oom aan het prakkezeeren, om Grootvader te vragen, of die wat wou geven.... Als men, in de door mij gecursiveerde zinnen, Tante over haar man hoort, spreken en, even daarna, Maandag zijn meening hoort zeggen, dan denkt de oppervlakkige beoordeelaar: die oom Niekerk heeft niet véél geweten, maar die Maandag is nog de ergste van de twee!

Uit het woord "koekeloeren" blijkt duidelijk, dat de bedoeling was de gewaarwordingen van Burk in Burksch dialect te geven en die dus niet in Queridoïaansche zegging om te zetten, maar uit het laatste door mij gecursiveerde zinsdeel blijkt even duidelijk, dat het Querido-brok in Burk, Querido, den schepper van Burk hier de baas was!

Driftig met sprongetjes, kwam de bedreiging. En nu smakten de lippen. Dat was toch zoo'n malle gewoonte van Groo'va, net iemand, die de soep te zout vindt. Dit door mij gecursiveerde zinnetje is uitstekend.