United States or Russia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Plautus' Menæchmi in het Latijn gelezen heeft: de Antipholus van Ephesus heet er Sereptus, een blijkbare fout van den afschrijver of zetter voor Surreptus, "de gestolene", het woord, waarmede in Plautus' stuk, de eene broeder telkens wordt aangeduid, gelijk hij ook in de inhoudsopgave, het argumentum, driemaal zoo genoemd wordt; de andere broeder heet in Sh.'s folio-uitgave nu eens erotes, dan weder errotes, een dergelijke fout voor erraticus, de zwervende, dus de reiziger, die zijn broeder overal gaat zoeken.

Met dezelfde losheid en levendigheid gaat het verhaal voort tot het eind, al heeft de afschrijver op al te plompe wijze getracht het slot te verknoeien . Een dergelijk verhaal van de ontroostbare weduwe vindt men met verscheidene andere vereenigd in een der beroemdste verhalenbundels, welke de wereldliteratuur kent, nl.: van den VII. vroeden binnen Rome.

Uit het door mij gecursiveerde vers mag men opmaken, dat hier sprake is van een fabel of een verhaal waarin een tournooi van apen wordt beschreven. Zulk een verhaal is, mijns wetens, niet tot ons gekomen. T.a.p. I, 96, vs. 69. Vgl. voorts de uitgave van Dr. Vgl. b.v. no. 11, 1-2; 28, 1 vlgg.; 42, 1 vlgg. De afschrijver voegde hieraan weer een paar onnoodige verzen toe.

"Let op den inhoud, niet op den vorm", zegt hij; in elk woord vindt gij "redene ende goeden sin" . Toch mag de bewerking over het algemeen verdienstelijk heeten, al is zij onder de handen van een afschrijver er waarschijnlijk niet beter op geworden.

SCHERER, Gesch. der D. Lit., S. 143-4; PIPER, Spielmannsdichtung, II, 299; Grundriss der German. Phil., II, 1, 258. Uitgegeven door STEINMEYER in Z.f.d.A., 21, Bd. S. 307 flgg. STEINMEYER gelooft dat de afschrijver aan de taal een Hoogduitsche tint gegeven heeft.

Voor het minst ontbreekt er: de komst dier genoodigden, en het verhaal van hetgene bij die zamenkomst is voorgevallen. De afschrijver moet dus in het door hem gevolgde exemplaar twee bladen in plaats van een hebben omgeslagen. Er bestond dus een vroeger exemplaar, en wel dat in den jare 803 door Liko oera Linda was geschreven.