United States or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wie hierbij echter onnoodig zaken aanroert en behandelt, en dus zijn redeneering of bewijsvoering noodeloos rekt, wordt ~wijdloopig~. ~Omstandig~ en ~uitvoerig~ zijn dus goede hoedanigheden van een spreker of schrijver, soms moet hij ook ~breedvoerig~ zijn; maar ~omslachtigheid~ en ~wijdloopigheid~ zijn steeds af te keuren. De rechter verlangt van de getuigen wel een , maar geen verhaal.

Naar het schoone, wreede Licht, dat in heilige oogenblikken de menschenziel aanroert, die rond-zoekt in het donkere leven, en het smachten naar eeuwig geluk, naar eeuwigen vrede, naar eeuwige liefde doet geboren worden.

Zij komt natuurlijk met het doel om, nu het Engelsche leger verslagen en de streek om Orléans gezuiverd is, den koning te bewegen, haar naar Reims te volgen. Maar voor zij dit onderwerp aanroert, heeft zij nog een anderen plicht te vervullen: zij smeekt Karel VII, dat hij den connétable weer in genade zal ontvangen, maar dit verzoek wordt haar geweigerd.

Nu, bij des hemels kaarsen, die zoo helder Licht gaven bij 't verwekken van dit jongsken, Wie hem, mijn oudsten zoon en erfgenaam, Aanroert, sterft op mijn scherpe degenspits. Ik zeg u, knapen, niet Enceladus, Met heel zijn felle Typhonsbroedsel-bende, Noch groote Alcides, noch de god des krijgs, Rukt uit zijns vaders handen hem als prooi.

Landgenooten zoomin als vreemdelingen, leeken zoomin als priesters worden, wanneer Erasmus dit onderwerp aanroert, door hem gespaard. Aan alles is merkbaar dat hij met welgevallen een dier tijden beleeft, welke men daarna in Duitschland met den naam van Aufklärungsperiode zou aanduiden. Hij vindt het genoegelijk, te velde te trekken tegen de "betooverde wereld" zijner eeuw.

Het is een saak van een eeuwige waarheid, en seer groote consideratie, dat ten welken tyde men de Senuwen der levende lichaamen aanroert, dat men terstont in de Spieren, waar naa toe sy loopen, een merkelijke beweeging siet veroorsaakt, dewelke van de natuurelyke contractie der selve niet verscheelt.

De vooruitgang der kennis is geweest een gaan van de fantasie tot het verstand. De oude mythologische verbeelding verklaart de natuurverschijnselen door goden en nimfen, terwijl het latere verstand de natuurverschijnselen verklaart door het algemeene (de algemeene natuurwetten). Het in de aarde geworpen zaad ontkiemt volgens een algemeene wet van organischen groei, zoo leert het verstand; maar de mythologische fantasie houdt het daarvoor, dat een fee des nachts met haar tooverstaf de zaden aanroert en het leven eruit opwekt, zoodat ze ontkiemen. Wanneer dan de mensch, ten einde des verstands en uitgekomen bij de klacht der onwetendheid, eens v

"Ja, maar nog noodiger reken ik, dat gij van al de gerechten, die hier op tafel staan, geen brok aanroert, heer stadhouder," zeide de hofmeester. "Gij maakt u zeker al te bezorgd, heer," bromde Sancho Panza; "maar toch wil ik uw raad opvolgen en niets gebruiken, dan een paar wijndruiven en een stuk brood.

Abraham ging naar huis met zijn vader. Professor Lövdahl was bewogen. Terwijl ze naast elkaar liepen; zei hij tot hem: "Je bent flink geweest Abraham! En ik zie daarin, dat je je best doet weer in orde te maken, wat je verkeerd gedaan hebt. En nu spreken we daar niet meer over. Ik zal er ook met den rector een woordje over spreken, dat hij die zaak niet meer aanroert."

Het was ~treffend~ te zien, hoezeer de gelukkige moeder den redder van haar kind met dankbetuigingen overlaadde. ~Roeren~ is een aandoen, dat in ons binnenste de teederste snaren aanroert; het is dus inniger dan aandoen. De omstanders waren ~getroffen~, toen zij zagen, hoe ~roerend~ de moeder den redder van haar kind dankte.