United States or Egypt ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het klaagklankte en trilde uit den hollen buik van zijn instrument, ernstig en zwaar, den toon van een violoncel nabijkomend was het snaargeluid, en het weende en zoemde na als het sterven van een gongslag in een oostersch huis. «Olé, olé!" blèrde Consuela weêr, ze sloeg de handen holklappend op elkaâr, hard bij de guitarra-tonenreeks beginnend, die dadelijk volgde op den aanroep.

Luisterend zat de vreemde man, spinnend zijn gedachten in het geroes der snaren; maar in den roodenden schemer van den comedor viel weêr een gongslag en naast hem steeg de aanroep; als een cikadenzwerm gonsde het snarenleven, de lange maten zoemden met hun donker geluid als van een violoncel; Arturo zong en improviseerde: * Hyo de mi corazon, Zoon van mijn hart.

Allah of God, het is voor ons nu geen hollen aanroep meer. Dat woord, ach, zooveel gedachteloos gebruikt! heeft thans voor ons een heiligen, gewijden klank. Dank, innig dank, dat u 't gordijn voor onze oogen heeft weggeschoven, ons deed vinden het l

Deden we kwaad, ons geweten strafte ons; deden we goed, ons geweten beloonde ons. De jaren kwamen en zij gingen.... Wij heetten Mohammedanen, omdat wij afstammelingen daarvan zijn, en wij waren Mohammedanen in naam, meer niet. God, Allah waren voor ons een aanroep, een woord, een klank zonder zin.... Zoo leefden wij voort totdat de dag aanbrak, die een ommekeer bracht in ons zieleleven.

Een bergwand rotsachtig met kloven en met bosch begroeid; niet bewoond dan door eenige kluizenaars; een geest van diepe geheimzinnigheid hangt daar; de berg is in lagere en hoogere gebieden verdeeld; geestelijke wezens zweven af en aan, en een koor van zalige knapen beweegt zich kringvormig om den hoogsten top; engelen van mindere en van meerdere volmaking gaan zingend om, terwijl zwevend de Mater gloriosa nadert op den aanroep van haar grootsten vereerder.

Maar nu in-eens zijn het hooge vlugge jongensstemmen, die hem van de andere zijde van het kerk-gebouw geantwoord hebben, een antwoord in denzelfden aanroep: Lega dodi liekrat kalla Pené Sjabat nekabela... Het zijn jong-schelle stemmen, die met metaalaanslag het lied uitroepen.

Daar meldt hij zijne komst, met het geschreeuw van den nachtuil. Rillend aanroep ik te vergeefs de Heilige Maagd. Voor hem, muren noch hagen, deuren noch vensters. Licht als een geest, dringt hij overal binnen. Krakende ladder. Hij is bij mij, op den zolder waar mijne legerstee staat. Hij grijpt mij in zijn koude armen, als marmer zoo hard.

Op onzen aanroep sprong de man aan den achtersteven overeind en schudde zijne gebalde vuisten tegen ons, terwijl hij met krijschende stem de ellendigste verwenschingen tegen ons uitbraakte. Hij was een forsch gebouwd, krachtvol man, en toen hij zich hoog oprichtte, zag ik dat hij aan de rechterzijde een houten been had.

En 't Heil der diamanten zalen Den stervling overbrengt in amethysten schalen. Da Costa aarzelt, hier iets "gedrongens" te vinden. Ik zou nog verder durven gaan en beweren, dat die geheele aanroep aan de dichtkunst, van vs 19 af, te weelderig is, en in dit opzicht ongunstig afsteekt bij den voorbeeldigen, echt epischen aanhef van het gedicht, vs 1 8. Ie Zang, vs 36, bl. 2. rl 18 v. b.

Met dezen aanroep is Faust ontwaakt. En hiermede begint zijn nieuwe weg. De inhoud van het tweede Faust-poëem bevat meer dan de vertooning en verbeelding van dezen weg; geheel het denken van Goethe's tijd en vooral de natuurfilosofie voeren er het dichterlijke woord; maar wij laten dit ter zijde en zoeken te bepalen den weg dien Faust ging.