United States or Niue ? Vote for the TOP Country of the Week !


118 Hij wees ons een schim alleen aan ééne kant, zeggende: "Deze doorstak in Gods schoot het hart dat nog aan de Theems vereerd wordt." 121 Voort zag ik lieden die buiten den stroom het hoofd en ook de gansche borstkast bovenhielden: en wel menigéén van hen herkende ik. 124 Zoo verlaagde dat bloed zich al meer, en meer, dat het nog maar de voeten bedekte: en dáár was onze overgang van de gracht.

118 Becheria van Paria, abt van Valombrosa, bij wien eene onderhandeling werd ontdekt volgens welke Florence den Ghibellijnen zou worden overgegeven. Hij werd daarom onthoofd. 121 Soldanier, Ghibellijn, die zijn partij verried. 123 die Faënza opende, voor de Franschen.

"Wat zal ik nemen?" vroeg Elsje, terwijl ze over haar grootmoeder zitten ging en den Bijbel opensloeg. De oude vrouw bedacht zich even, toen zei ze zacht: "Psalm 121." Er volgde een oogenblik van vredige stilte, door niets verbroken dan door het ritselend geluid van het omslaan der bladen door Elsje, die den psalm opzocht. Toen begon ze te lezen:

118 Indien ge gevraagd wordt naar anderen die er waren, aan uw ééne zijde hebt ge dien van Becheria, van wien Florence de keel afsneed. 121 Gianni del Soldanier geloof ik dat meer ginds heen is met Ganeloen en Tribaldello, die Faenza opende toen men sliep."

121 Ik zag Electra met vele gezellen, onder welken ik herkende Hector en Aeneas en den Cesar gewapend met de adelaars oogen. 124 Van de andere zijde zag ik Camilla en Penthesilea; ik zag den koning Latinus, die met Lavinia, zijne dochter gezeten was. 127 Ik zag dien Brutus, die Tarquinius verjoeg, Lucretia, Julia, Marcia en Cornelia en alleen aan eenen kant zag ik Saladijn.

115 Kajaphas maakt in den Bijbel den indruk een zeer ernstig man te zijn. 't Is dan opmerkelijk dat D. hem hier voorstelt als huichelaar. 121 Zijn schoonvader, d. i. de priester Annas, de schoonvader van Kajaphas. 12 Weer in de korf: letterlijk vertaald, voor: vat weer hoop. 93 heliotropium, een onzichtbaar makende steen. 125 muildier, noemt hij zich daar hij een bastaard was.

115 Voorts wendde ik mij tot hen en ik sprak; ik begon: "Francesca, uwe martelingen maken tot weenens toe mij droef en medelijdend. 118 Maar zeg mij: ten tijde der zoete begeerten aan wien en hoe vergunde de liefde, dat gij de twijfelachtige begeerten leerdet kennen?" 121 En zij tot mij: "geen grooter smart dan in de ellende den tijd des geluks te gedenken: en dat weet uw leermeester.

121 Van deze zijde viel hij neder van den Hemel; en de aarde, die te voren aan deze zijde oprees, maakte zich uit vrees voor hem van de zee een sluier, 124 en kwam tot ons halfrond, en wellicht liet de aarde die ginds te zien is, hier de plaats ledig om hem te ontvluchten."

De wet van 20 Nov. 1896 heeft een nieuw artikel over de koppelarij in 't leven geroepen. Zürich. De wet van 30 Maart 1897 om verandering te brengen in het strafwetboek van 8 Jan. 1871 heeft nevens de oude artikelen 121 en 122, die handelen over het proxénétisme, eenige nieuwe bepalingen gevoegd. De toestand is nu aldus: koppelarij uit gewoonte of uit winstbejag is strafbaar.

Vermeende byzonderheden in den loop van zulke haarkringen, vooral wanneer ze zich vertoonen op den kruin van 'n kind, leveren stof tot allerlei voorspellingen. Zie, byv. blz. 121. Penghoeloe: priester. Ontong: geluk, voordeel. Galangans: smalle dykjes die 't water op de sawahs houden. Allang-allang: riet, reuzen- of prairie-gras. Het is vaak zoo hoog dat 'n man te paard er zich in verbergen kan.