United States or Cook Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar Bollekens junior was reeds aan 't rennen. Hij holde, ondanks het formeel verbod van den verwonden wisselwachter, om den dreunenden trein heen en vloog naar de wachtkamers toe. Te laat! Het stationsgebouw was door gendarmen afgezet en onder donderend joelgedruisch reed de trein weg. Bollekens junior keek peilend door de vensterramen, maar zag de knappe meid niet meer.

Bij elke halte zocht #Gémier#, die toen regisseur bij den troep was, van wagen tot wagen de artisten bijeen, die de "wachten" hadden te geven en zoo wisselden zij elkaar af. Overal werd dus vlijtig gestudeerd, in hotels, in wachtkamers, in de tusschenbedrijven, in den foyer en 's avonds na de voorstelling. Geen minuut rust tijdens de twee weken, die wij in Holland doorbrachten.

Een enkele weg voert van de Toelaïti naar boven, naar Tsjittore; deze toegang was door zeven poorten verdedigd, die tegenwoordig zeer vervallen zijn. Deze poorten, op verschillende hoogte geplaatst, dragen allen een monumentaal karakter, en zijn zeer fraai van stijl; zij bevatten niet slechts wachtkamers, maar zelfs groote zalen.

Reeds staat het perron zwart van menschen en verdringt men zich in de wachtkamers. Over z'n tijd stoomt een trein binnen. Veel te kort natuurlijk. Wagens worden erbij geschoven. Er is onder de langs den trein dravende, plaats zoekende passagiers een pretstemming, als zouën ze straks naar een kermis rijden. Je hoort ze in volle bagagewagens stampen en zingen.

Ze nemen in die wachtkamers altijd den kolenschep mee, anders stookt 't publiek te hard. Toen gooide Bavink de steenkolen met z'n handen in de kachel en kreeg mot met een kerel met een witte kiel aan. 't Was heel lollig dien avond. In den trein vielen Kees en Hoyer in slaap. Bavink zat te praten met een Haagsch juffertje en de lucht van heliotroop op te snuiven die haar lieve leden ontsteeg.

Dan wandelden ze langs het strand, keken er naar aanspoelend wrakhout, trommels, doozen en bussen, griezelden er tegen 't idee dat ze ook wel eens een lijk konden vinden, en trokken dan in de knusse stemming van »dat hebben we alweer gezien« naar het dorp en het station terug, waar ze de herbergen en de wachtkamers vulden met een waren kermisroezemoes.