United States or Saint Helena, Ascension, and Tristan da Cunha ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wat de uitwendig waarneembare verschijnselen betreft, onderscheidt het Nijlpaard zich van de overige Zoogdieren meer door den kop dan door eenig ander lichaamsdeel. Eigenaardig zijn de bijna vierhoekige vorm van den kop, de kleine oogen en ooren, alsmede de scheef aan den elkander tegenovergestelde, groote, op boogvormige spleten gelijkende neusgaten, die met de ooren en de oogen de hoogste punten zijn van een vlak, waaronder het voorhoofd en het daarvóór gelegen deel van 't aangezicht trogvormig afdalen. Voorts is hij gekenmerkt door den wanstaltigen snuit, welks glad en dik, van achteren bovendien tamelijk smal bovenste gedeelte zich naar voren verbreedt en verheft, vervolgens echter in de gedaante van een dikke bovenlip langs de zijden steil afdaalt, om den ontzaglijken muil aan alle kanten te bedekken en te sluiten. De hals is kort en krachtig, de romp hoewel langwerpig toch bovenmatig dik en daarom buitengewoon plomp, de rug in 't kruis hooger dan in de schoft, in het midden benedenwaarts gebogen, de buik vol en rond, in 't midden zoo diep afgezakt, dat hij den bodem aanraakt bij 't gaan op den slijkerigen grond; de staart is kort en dun, bij de spits zijdelings samengedrukt; de onevenredig korte, vormelooze pooten hebben breede, vierhoekige voeten, welker teenen door korte zwemvliezen verbonden en alle naar voren gericht zijn. Alleen aan de spits van den staart staan korte, op draden gelijkende borstels; overigens bemerkt men op de meer dan 2 cM. dikke huid, die vooral aan den hals en voor aan de borst eenige diepe plooien vormt, slechts hier en daar eenige borstelvormige haren. Door groeven, die elkander kruisen, wordt de huid in velden verdeeld die op schubben gelijken, en nu ééns grooter dan weer kleiner zijn. Hun kleur is koperbruin en heeft een eigenaardige tint, die aan de bovenzijde in vuil donkerrood, aan de onderzijde in licht purperbruin overgaat. Tamelijk regelmatig geplaatste, bruinachtige en blauwachtige vlekken geven aan de overigens eenvormige massa een zekere afwisseling. De kleur van het Nijlpaard verandert trouwens, al naar de huid droog is of nat. Wanneer het dier zoo juist uit het water komt, zijn de bovendeelen bruinachtig blauw en de onderdeelen bijna vleeschkleurig; daarentegen is het, wanneer de huid droogt, donkerder, bijna zwartbruin of leikleurig, of, als de zon op zijn rug schijnt, gelijkmatig blauwachtig grijs. De totale lengte van een volwassen mannetje bedraagt, met inbegrip van den 45 cM. langen staart, 4.2

De oogen zijn zeer groot, naar voren gericht en door straalsgewijs gerangschikte, gekrulde veertjes omgeven; zij zijn onbeweeglijk in hunne ondiepe kassen; de kop kan echter op den korten, 9 wervels bevattenden hals buitengewoon goed draaien. De vleugels zijn breed en lang, aan de onderzijde trogvormig; de staart is meestal kort.