Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 september 2025
Ook zij heeft in den loop der tijden kenmerken verkregen, waardoor zij van den stamvorm verschilt; deze afwijking is echter op lange na niet zoo ver voortgeschreden als die, welke zijn meer zuidwestwaarts wonende verwante in een veel langduriger tijdperk onderging.
Volgens Darwin, wiens meening op zeer nauwgezette onderzoekingen gegrond is en door nagenoeg alle hedendaagsche dierkundigen gedeeld wordt, moet de Rotsduif als de gemeenschappelijke stamvorm van alle rassen van Huisduiven beschouwd worden. Een der talrijke gronden, waarop Darwin's meening berust, heeft betrekking op de kleur.
Licht zou men thans, in dezelfde dwaling vervallend als Linnaeus en Brisson, het goudgele huisdiertje kunnen beschouwen als type van de soort en den groenachtigen, in 't wild levenden Vogel, die de kenmerken van den stamvorm onveranderd behouden heeft, bijna geheel vergeten." Er was een onderzoeker als Bolle noodig, om ons het leven van den Kanarie in de vrije natuur te schilderen.
De vlakke, zware knollen laat men droog en vorstvrij overwinteren; zij worden in Februari of Maart in zeer voedzamen grond opgepot en voor het venster gezet, waar zij weder spoedig zullen uitgroeien. Bij het oppotten moet men er op letten, dat de knollen geheel onder de aarde komen te liggen. De cultuur is overigens geheel dezelfde als die van den stamvorm.
Men kan den stamvorm niet aanwijzen, waarvan onze honden zijn afgestamd; hoogstwaarschijnlijk zijn niet alle groepen van honden van dezelfde soort afkomstig. De vos is met den staart 8 dM. tot 1 M. lang, rossig van kleur. In Drente, Gelderland en Noord-Brabant komt hij bij ons 't meest voor, in Holland en Zeeland ontbreekt hij.
Reeds dadelijk moeten wij met zulke jonge plantjes weten of wij ze in struik- of stamvorm willen voortkweeken. In het eerste geval moet men dadelijk beginnen met de koppen uit de stekken te snijden. Een jonge stek, die in een warmen bak aan alle kanten uitgroeit en dus uit ieder bladoksel een twijg ontwikkelt, doet dit, in de kamer gekweekt, meestal niet; hier groeit zij slechts recht naar boven.
Deze oudste verbreidingsweg van de teelt der graangewassen werd waarschijnlijk in overouden tijd gevolgd door de Musch, die, in nieuwe omstandigheden verkeerend en nagenoeg buitengesloten van de vermenging met den stamvorm, de "Spaansche Musch" werd.
Een derde verbreidingsweg naar het westen vond de Musch veel later met de akkerbouwende volken, die zich vestigden in het deel van Europa, dat ten noorden van de Alpen gelegen is; onze Musschen kwamen het laatst in Europa en gelijken nog volkomen op den stamvorm; deze bewoont dus het ontzaglijk groote gebied, dat van Noord-Indië af zich uitstrekt over geheel Azië en Europa aan deze zijde van de Alpen, zoover het graan verbouwd wordt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek