Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juni 2025
Daarom, toen Calandrino een oogenblik het werk had verlaten en naar haar was gaan zien, vertelde Bruno alles aan Nello en aan Buffalmacco en zij regelden, wat zij hem om zijn verliefdheid zouden leveren. Toen hij terugkeerde, zeide Bruno zachtjes: Hebt gij haar gezien? Calandrino antwoordde: Wee mij, ja, zij doet mij sterven.
Niccolo Cornacchini was onze medeburger, een rijk man, en had onder anderen een schoone bezitting in Camerata, waar hij een voornaam en fraai kasteel liet bouwen en overeen kwam met Bruno en Buffalmacco het geheel te beschilderen. Dezen, omdat het werk groot was, namen Nello en Calandrino mee en begonnen te arbeiden.
Calandrino hervatte: Ik bekommer mij niet om Buffalmacco, maar laat ons op Nello passen, want hij is een verwant van mijn vrouw Tessa en zou voor ons alles bederven. Bruno sprak: Goed zoo. Bruno wist heel goed, wie zij was en bovendien had Filippo het hem verteld.
En terwijl Nello zich bij hen voegde, gingen zij met Calandrino naar zijn huis en toen hij geheel onthutst in de kamer kwam, zeide hij tot de vrouw: Kom en dek mij goed toe, want ik voel mij erg ziek. Toen hij te bed ging, zond hij een kleine dienstbode met zijn water naar dokter Simone, die een winkel hield op de Oude Markt onder het uithangbord van de Meloen.
Nauwelijks was hij de deur uitgegaan, of Nello ging hem tegemoet en zeide: Goeden dag, Calandrino. Calandrino antwoordde hem, dat God hem een goeden dag en een goed jaar zou geven. Hierna hield Nello hem een weinig op en zag hem in het gelaat. Calandrino sprak tot hem: Waar kijkt gij naar? Nello zeide: Hebt gij vannacht niets gemerkt? Gij schijnt mij dezelfde man niet meer.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek