Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 mei 2025
Aan de overzyde, waaren eenige Neger-Jagers gelegerd, die de krygsbehoeften bewaarden. Een van deeze Jagers een Armadil, of Tatou, een dier, in Surinamen den naam van Capasce dragende, gedood hebbende, zal ik deeze gelegenheid waarneemen, om denzelven te beschryven. Hy word zomtyds gepastelyk het geharnast varken genoemd. Zyn kop en ooren gelyken veel naar die van een gebraden varken.
Een onafgebroken vuur, veel naar donderslagen gelykende, duurde meer dan een uur op dit zelfde veld; en geduurende al dien tyd gedroegen zig de Neger-Jagers met zoo veel moed als bekwaamheid: maar de blanke soldaten waren al te driftig, en schooten mis; ik zag 'er echter veelen onder, die de grootste onverschrokkenheid betoonden, en de Jagers met eenen goeden uitslag navolgden.
Ik stelde de Neger-Jagers en eenige slaven te werk om die te maken, en dezelve wierd in den tyd van een uur afgemaakt: zy hakten een zeer recht staande boom om, en wierpen die op de kreek of beek, na aldaar een hoop aarde of zoort van borstweering gelegt te hebben.
De Negers laaten denzelven droogen, door hem op stokken voor het vuur te plaatsen. Dan is hy veel beter, en men eet hem zonder andere toebereiding. Deeze visch alzoo gerookt zynde, kan verscheiden weken bewaard worden. Den 20sten, wierd een Capitain met twintig Zee-soldaaten en twintig Neger-Jagers afgezonden, om de verwoeste vesting Boucou te gaan opzoeken.
Toen besloten was, dat men de muitelingen, die te Boucou verschanst lagen, belegeren zoude, zond men tegen hen eene aanzienlyke krygsbende van blanken en zwarten, onder bevel van den dapperen Capitain MYLAND, die byzonderlyk aan 't hoofd der eersten was. De zelfde Lieutenant FREDERIK, een zeer kundig Officier, trok met de Aanvoerders der Neger-Jagers, aan het hoofd der tweeden op.
Dit schip was niets anders dan een hospitaal, maar zeer slecht van ververschingen voorzien. Den 21sten, deed de Colonel met genoegen de monstering van zyn klein leger, en het smertte my zeer de Neger-Jagers daar niet by te zien.
Ik nam de laatstgemelden, en liet het overige aan mynen medgezel. Op de tyding van het gevaar, het welk de Plantagiën aan de Peréca liepen, trokken de Neger-Jagers met een ongemeenen yver voor uit; en eenige oogenblikken na hun vertrek, verzogt ik aan den Colonel SEYBOURG verlof, om hen te volgen.
Ik stelde de Neger-Jagers en eenige slaven te werk om die te maken, en dezelve wierd in den tyd van een uur afgemaakt: zy hakten een zeer recht staande boom om, en wierpen die op de kreek of beek, na aldaar een hoop aarde of zoort van borstweering gelegt te hebben.
Hoopende dat dit vrywillig bewys van mynen yver voor den dienst my met den Colonel verzoenen zoude, keerde ik naar de legerplaats der Neger-Jagers te rug, om aldaar zyne aankomst af te wagten.
Ik verzogt hem, om haar ten minsten eenigen tyd op Paramaribo te laaten; en zyne menschlievenheid deed hem myn verzoek toestaan. Den 30sten vernamen wy, dat onze Neger-Jagers, een dorp der muitelingen ontdekt hebbende, het zelve hadden aangetast.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek