Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 mei 2025
Ik min uw schoon, wanneer verblijd De leeuwerk met zijn jeugd-jolijt En liedren, streeft ter zonne; De leeuwerk die, hoe wijd hij wijkt, Verlangend aldoor nederstrijkt En geeft zich u gewonnen; Wanneer ter blijde middagstond De merel, die in 't wit verzwond Van bloesemzware twijgen, Der lente serenade zingt En 't al tot stil gemijmer dwingt, Waarbij de vogels zwijgen;
Verre in 't grazig veld verloren Onder 't gloeiend zonnegloren, Waar een schemerende toren Uitrijst achter 't gulden koren En twee maaiers één van gang Blauw op 't trillend einder-grijzen Rustloos oogsten, reis op reize Met den cirkelzwaai der zeisen 't Groene grasland, uren lang, Luidt op droomerige wijze De oude klok den middagstond, Maakt een haan de hanen wakker Met zijn echo boven d'akker... En de toren, maar veel zwakker, Vindt zijn antwoord, wijd in 't rond.
Want 's morgens vond hij den middagstond Als iets, dat hij heerlijk wist, En 's middags zocht hij of hij vond Wat hij 's morgens had gemist. En 's avonds zag hij het middaguur, Dat hem eerst zoo had vermoeid, Als een groote papaver van stralend vuur, Waar de levende zon in gloeit.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek