Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juli 2025
Die gang van zaken zou bovendien in overeenstemming zijn geweest met wat de gewone levenservaring ons leert. Naar het schijnt, heeft het tegenovergestelde plaats gehad: is hij begonnen met de bewerking van een heiligenleven, om zich daarna tot minnepoëzie en ridderverhaal te wenden. Zoolang deze voorstelling niet door nieuwe feiten aangetast is, zullen wij ons er aan moeten houden.
Toch heeft MAERLANT'S bewerking van dit heiligenleven weinig eigens, weinig ook dat ons spreekt van aandoening in hem gewekt door de levensopvatting en den levenswandel van "SINTE FRANSOYS". Waar wij hier en daar sporen van aandoening meenen te zien, blijkt bij vergelijking met het origineel dat MAERLANT niet veel meer geeft dan eene vertaling .
Indien "meyster HEINRIC" begonnen ware met minneliederen te dichten, vervolgens de hand geslagen had aan een ridderroman waarvan de minne schering en inslag is, en daarna, ouder en ernstiger geworden, getracht had door middel van een heiligenleven goed te maken wat hij misdreven had met het dichten dier wereldsche poëzie dan zou hij gedaan hebben, wat na hem door tal van andere Nederlandsche dichters gedaan is.
Zoo wordt in de Mantel van eren het wapenschild beschreven van den edelen ridder, wiens lof hier was verkondigd: "van lazure // met twee ramshorne van goude" . In een andere sproke echter, van het Jodenmeisje dat Christin wordt, spreekt de dichter zijn publiek aan met: "gi goede liede"; diezelfde uitdrukking vindt men in het heiligenleven van Sint Amand, doch afgewisseld door: "ghi lieden alle ghemeene... knapen, joncwive, vrouwen ende heeren."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek