United States or Austria ? Vote for the TOP Country of the Week !


Over het algemeen heb ik opgemerkt dat in meer orthodoxe streken zoowel protestantsche als roomsch-katholieke de drachten langer bewaard blijven dan in minder godsdienstige, zoodat dus de godsdienstige factor als eene ten goede voor de drachten moet worden aangemerkt. De invloed van het Ras laat zich ook in den vorm van de costumes nawijzen zooals ik dat reeds hier en daar in dezen text doe.

Dit is bij al onze nationale drachten min of meer het geval, maar begrijpelijkerwijze daar het sterkst, waar de drachten nog volledig door mannen en vrouwen gedragen worden, omdat ook de oude zeden, met die oude drachten, behouden bleven.

Zelfs de "mode" heeft in die nationale costumes de eigene schoonheid weten te waardeeren, en veel motieven en kleur-combinaties zijn aan die drachten door de moderne vrouwenkleeding ontleend. Zelfs de kanten mutsjes, die men nog voor kort door hun overdreven stijfgeplooidheid nog zoo "grootmoederlijk" vond, vinden thans bij de moderne dameskapsels navolging.

Later begon men echter juister beschrijvingen van de nationale drachten te geven, toen ook de photographische afbeelding bespreking van dit onderwerp in verschillende tijdschriften toeliet. Een van de eersten die stelsel-matig in dezen te werk ging, was Mr. J. E. van Someren Brand.

Opgemerkt dient, dat de twee dorpen, Bunschoten en Spakenburg, één geheel vormen, en dat de drachten en de huizen daar volkomen gelijk zijn. Spakenburg is het visschersdorp dat met een kanaaltje van een paar honderd meter met Bunschoten, dat meer in het land ligt, verbonden is.

Ofschoon deze, als uniformen, niet tot de eigenlijke nationale kleedij gerekend kunnen worden, staat daar tegenover, dat het wezen en de vorm van vele dezer drachten toch zoo nauw bij de eigenlijke volksdrachten aansluiten, er zoo zeer uit voortkomen en er zich zoodanig mee hebben vermengd, dat deze meestal toch ook ouderwetsche costumeeringen hier noodzakelijk in het kort besproken moeten worden.

Maar het eigendommelijke van de dracht is des te opmerkelijker. In de andere deelen van de provincie Utrecht, is de nationale dracht zoo goed als geheel verdwenen, tenzij dat hier en daar oudere vrouwen nog een hulle dragen. Die is dan echter meestal niet van specifiek Utrechtsche vorm. In de provincie Zuid-Holland, is niet veel meer van de nationale drachten overgebleven.

De overige kleedij is dat bekende hybridische half ouderwetsche costume dat in heel ons land onder de platte-lands-bevolking de werkelijke nationale drachten vervangen heeft. Het is een imitatie van de stads-dracht, in vorm en versiering tot ongeveer geen enkele periode te rekenen, in kleur soms nog als 't op zijn 's Zondags erg "mooi" moet zijn, opvallend door persoonlijke wansmaak.

Enkele van deze costumes zijn hier in dit boekje afgebeeld en beschreven, om toch vooral ook niet deze zoo typeerende kleedij te vergeten, die door een groot deel van het publiek zoo goed gekend wordt, en die, naast de werkelijke nationale drachten, toch ook veel aardigs en eigens aan de lokale kleur van enkele Hollandsche steden hebben bijgezet.

Maar behalve deze hier in 't kort opgesomde beschrijvingen en plaatjesachtige verbeeldingen, deze prent-briefkaarten en poppen in nationaal costume en die enkele, in oude kasten en stoffige doozen bewaarde kleedingstukken, is van de nationale drachten in ons land niets over, dan wat er in de verschillende streken nog gedragen wordt, heele, halve, veranderde en onjuiste kleeding, die zoo is, omdat ze zoo is, waar moeielijk eenige juiste en wetenschappelijke critiek op gegeven kan worden en die de eenige reëele bron is voor onze kennis van dit bijzondere monument van echt Hollandsche geschiedenis en kunst.