Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 mei 2025
Het vel, dat aan de bovenzijde van den hals, op de schouders, aan den bovenarm en het bovenbeen een buitengewone dikte heeft, is met korte, dicht bijeen geplaatste haren bedekt, die zich aan de onderzijde van den hals en op de borst een weinig verlengen, tusschen de hoornen een kroeze kuif vormen.
De gelijkmatige, fijne, buitengewone zachte haren zijn op den rug en aan de zijden meer dan 2 cM. lang; ieder haar is van onderen donker blauwgrijs, verderop met breede, witte ringen geteekend en aan de spits donkergrijs. Hierdoor verkrijgt de vacht een zilvergrijze kleur met een donker waas. De onderdeelen en de voeten zijn zuiver wit; de staart heeft aan de bovenzijde twee donkere strooken.
Harde schilden bekleeden netsgewijs den loop, schubben de bovenzijde der teenen; aan de zijden hebben deze een smallen huidzoom. In het skelet onderscheidt men een bovenarm van 3, een voorarm van 2 en een hand van 1 cM. lengte, de laatste voorzien met een scherpen klauw. In verband met de uiterst geringe ontwikkeling der voorste ledematen ontbreekt de kam op het borstbeen.
Het mannetje is glinsterend groenachtig zwart, het wijfje glinsterend donkergroen, aan de bovenzijde witgevlekt, op de slagpennen en den staart met witte banden, van onderen wit met zwarte vlekken. Het mannetje is 41 cM. lang, zijn staart 21 cM.
De middenboog prijkt aan de bovenzijde met eene groote inscriptie in gouden letters op een grond van donkerblauw email. Deze schitterende decoratie past volkomen bij de kleur van de oude steenen en geeft aan het geheele werk een monumentaal karakter, nog verhoogd door de omlijsting van kale bergen. Het opschrift geeft vermoedelijk eenige inlichting omtrent den tijd van den bouw der brug.
De geheele bovenzijde is als die van een Leeuwerik gekleurd; de veeren zijn roestkleurig grijs en in het midden zwartbruin gestreept; het voorhoofd, een plek vóór het oog, benevens een streep er boven en een er onder zijn wit, zoo ook een streep op den bovenvleugel; de veeren van de onderzijde zijn geelachtig wit, de slagpennen zwart, de stuurpennen zwart, zijdelings en aan de spits wit.
De Haasmuizen (Lagidium) onderscheiden zich van de eigenlijke Wolmuizen door de veel langere ooren, door den staart, die even lang als het lichaam en aan de bovenzijde ruig behaard is en door de zeer lange snorren. In levenswijze komen deze dieren nagenoeg volkomen overeen. Men kent van dit geslacht tot dusver slechts twee soorten met zekerheid; beide leven op de hoogvlakten der Cordilleras en wel dicht onder de grenzen van de eeuwigdurende sneeuw, tusschen kale rotsen, op een hoogte van 3000
Door haar lichaamsbouw gelijkt zij op hare naaste verwanten in de Oude Wereld, door den vorm en de beharing van den staart herinnert zij echter ook aan de gewone Muizen. In grootte komt zij ongeveer overeen met de Boschmuis; haar lichaamslengte bedraagt tennaastenbij 8 cM, zonder den 13 cM. langen staart. Het gladde en dichte haarkleed is aan de bovenzijde donker leder-bruin met bruingeel gemengd.
De kleur van de bovenzijde is licht roodachtig bruin, met grijs en een zwartachtige tint gemengd, die van de onderzijde is vuilwit, de korte staart is aan de spits bruin gestreept.
Vroeger meende men, dan aan het wijfje de eer van het vervaardigen van het nest toekomt; uit de waarnemingen van Tristram, welke door die van Jerdon bevestigd worden, vloeit echter voort, dat het grootste deel van dezen arbeid door het mannetje wordt verricht. De veeren van de bovenzijde zijn in den regel groen. Bij het mannetje zijn de beide middelste staartpennen voorbij de andere verlengd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek