Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 22 juni 2025
De Smalneuzen gelijken op den Mensch, wat neusmiddelschot en gebit betreft. Zij verschillen er echter van, doordat in de bovenkaak, tusschen hoektand en snijtand, een ruimte voorkomt, waarin bij gesloten bek de spits van den grooten onderkaakshoektand past. Geen enkele Smalneus heeft een grijpstaart.
Beide spitsen vormen te zamen een zeer fijngevoelig tastorgaan: de in beenkanaaltjes gelegen zenuwvezels, die in de huid van den snavel eindigen, zijn aan de spits buitengewoon talrijk. Bij alle Vogels moet op het oogenblik, dat de onderkaak naar beneden wordt bewogen, de bovenkaak in tegengestelde richting draaien.
De mannetjes van deze en van de volgende groep onderscheiden zich van alle overige Herkauwers door het bezit van lange, buiten den bek uitstekende, benedenwaarts gerichte hoektanden in de bovenkaak. De hooge gebergten van China en Tibet zijn het vaderland van deze dieren.
Daar nu de onderkaak smaller is dan de bovenkaak en zich uitsluitend op en neer kan bewegen, niet heen en weer, zoo snijden de scherpe randen der kronen van de valsche kiezen en met name der scheurkiezen van de onderkaak langs die van de daartegenover staande kiezen der bovenkaak; en alles wat daartusschen komt, wordt als met eene schaar stukgeknipt.
Deze Herten onderscheiden zich bovendien door breede hoeven en langwerpige, maar stomp toegespitste bijhoeven. Hun gestalte is tamelijk plomp, vooral de kop is niet bijzonder fraai; de pooten zijn betrekkelijk kort, de staart is zeer kort. Alleen de oude mannetjes hebben in de bovenkaak kleine hoektanden, hoewel deze ook wel eens ontbreken.
Als de mond gesloten is, grijpen de punten van de tanden der bovenkaak in de ruimten tusschen die der onderkaak en omgekeerd. Bijt het dier zijne prooi, dan dringen de punten der kiezen van beide kaken in het lichaam van het insekt, dat het heeft aangegrepen. De ooren zijn bij de in den grond levende insekteneters zeer klein. Inlandsche vertegenwoordigers zijn: spitsmuizen, mol, egel.
Als men de slagtanden van een goed ontwikkeld Zwijn beschouwt, begrijpt men, dat deze wapens een vreeselijke werking kunnen uitoefenen. Zoowel die van de onderkaak als die van de bovenkaak zijn wit en glanzig, buitengewoon scherp en puntig; worden mettertijd door voortdurende schuring tegen elkander steeds scherper en spitser.
Hier trekken, evenals te Mallicolo, de vrouwen zich de beide voortanden uit van de bovenkaak; zij dragen geen andere kleeding dan een gordel om de lendenen. De mannen dragen een band om het middel, waaraan een vlechtwerk hangt, dat de geslachtsorganen verbergt.
Aan het gebit ontbreken de hoektanden; bij de Afrikaansche soorten vallen de vier in elke kaak voorkomende snijtanden reeds op zeer jeugdigen leeftijd uit, terwijl er bij de Aziatische soorten gedurende het geheele leven vier in de onderkaak en twee in de bovenkaak aanwezig blijven. Voor 't overige bestaat het gebit uit zeven maaltanden in elke kaakhelft.
Hun snavel is middelmatig lang, stevig, recht, aan den wortel eenigszins verbreed, nader bij de spits samengedrukt, met scherpe zijranden voorzien, de spits van de bovenkaak over die van de onderkaak heengebogen. De korte pooten hebben een zwakken loop en korte teenen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek