Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 juli 2025
Ook wordt "de winter" wel begraven of in het water geworpen. Waarschijnlijk is hier het begraven ouder dan het verbranden, en is "de winter" de vegetatie-daemon, de in den winter gedoode groeikracht; zie Mannhardt, Baumkultus, bl. 418. In het buitenland heeft dit winterverbranden meestal plaats op Laetare of Halfvasten.
In de Middeleeuwen gold zij als het symbool van den Messias: de bloem, uit den hemel neergedaald en vrucht dragend op den kruisboom; zie Mannhardt, Baumkultus, bl. 249; Is. Teirlinck, Plantenkultus, in de Vlaamsche Kunstbode XXXIV , bl. 69, vlg.
In België, Noord-Brabant en Limburg steekt men een palmtakje op de vier hoeken van den akker ter bevordering der vruchtbaarheid, veelal onder het lezen van 't Sint Jans evangelie. Zie Mannhardt, Baumkultus, bl. 160 vlg., 246 vlg.; vooral ook Volkskunde XII, bl. 229, waar Dr. A. Beets een oproep richtte tot de lezers, om nadere berichten over de palmpaasch te ontvangen.
Mannhardt vooral heeft over dit onderwerp in zijn Baumkultus onder den titel van: "Der Schlag mit der Lebensrute" een meesterlijk gedachte en keurig uitgewerkte verhandeling geleverd.
In Duitschland spreekt men van den meirit, das Maireiten, hetwelk Mannhardt behandelt in zijn Baumkultus, bl. 347 vlg. De Pinkstruiters, d.i. de Pfingstl met zijn gevolg, rijden om de akkers ter bevordering der vruchtbaarheid. In Beneden-Beieren heeft dit op Pinkstermaandag, elders op Hemelvaartsdag of Paaschdag plaats.
De Meigraaf is in wezen identiek met den Laubkönig, Graskönig, Pfingstlümmel enz., en beeldt uit de groeikracht der natuur; zie Mannhardt, Baumkultus, bl. 341, 355, 376. Die moet naar bed toe gaan. Zie Driem. Bladen VIII, bl. 33; men vergelijke de Luilakliedjes op bl. 194, 196 en 197, alwaar de verklaring. Hemelvaartsdag.
Zie Mannhardt, Baumkultus, bl. 190 vlg.; Driem. Bladen I, bl. II, bl. 70; Dr. De Vooys, in Volkskunde XXIV, bl. 154; Schrijnen, in Limburg's Jaarboek I, 3, bl. 25 vlg.; H. Welters, Feesten enz.; bl. 50; Heuvel, Volksgeloof en Volksleven, bl. 312 vlg.; Waling Dijkstra, Uit Friesland's Volksleven I, bl. 261.
Deze meiboom is het oortype van den oogstmei, die de laatste voer hooi siert, wanneer de oogst wordt binnengehaald; van den richtmei, die op het dak gezet wordt, als men "gericht" d.i. het huis onder de kap gebracht heeft, in het Noorden van ons land is dit dichterlijk en sprekend gebruik verdwenen en kent men slechts een versiering met de vlag; van den liefdemei vóor het huis of op het dak van de aangebedene, waarover nader; van den bruidsmei, den levensboom, op den bruidswagen gestoken, of vóor het huis van het jonge paar geplant; van den schutsmei: jonge berken- of dennenboompjes, door de dorpsjeugd op den 1sten Mei uit het bosch gehaald en vóor de huisdeur, den veestal, of op den nok geplant, dat zij het huis mogen beschermen, het vee vruchtbaar maken en alle kwade invloeden verdrijven, hiermee gaat vaak een inzameling van eieren, brood, spek en geld gepaard; eindelijk van den palmpaasch, zooals door Mannhardt, Baumkultus, bl. 246 wordt betoogd.
Hier hebben wij in werkelijkheid den Regenzauber: een sympathetischen vruchtbaarheids-ritus, om door indompeling den onontbeerlijken voorjaarsregen te erlangen. Zie hierover Mannhardt, Baumkultus, bl. 313, 327 vlg.; over het Luilakvieren Dr. Deze dag brengt ook de luilakbollen. Pinksteren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek