United States or Mongolia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij vroeg mij, het u te vragen, herhaalde hij moeilijk. Of hij afscheid kan nemen? Ja, Tante. Zij antwoordde niet, maar bleef voor zich uit turen. Om haar heen begon eene leêgte zich uit te meten, met perspectieven van oneindigheid. Het was als een schaduwbeeld van hunnen avond van verrukking, maar het lichtstraalde niet uit die schaduw. Leêgte ... sprak zij tusschen hare lippen. Wat tante?

En mijn laatste twee rijksdaalders wilde ik verteren in de stad die in mijn afwezigheid een korte poos de hoofdstad der wereld was geweest. In 't Noorden verslond de duisternis 't licht mateloos, nu was de berg weldra verzwolgen, 't laatste geleide van den dag vluchtte in 't Noordwesten overhaast en ik stond op 't bruggetje aan 't niet, omspoeld door de oneindigheid.

Dat moet voor mijn ontwikkeling veel belang gehad hebben. De vage drang naar oneindigheid en de geniepige, gevreesde sensualiteit die aangestoken werden door zulke lectuur, hebben mij heelemaal voorbereid tot wat ik geworden ben, mag ik wel zeggen.

Wat zij menschelijks zou kunnen overhouden, moet bedwongen, ten onder gebracht worden door vrees van moreel gehalte. Welke? Die voor een onbekende straf. De inquisitie der katholieke kerk beschikte, behalve over onderaardsche kerkerholen en foltertuigen, om de stoffelijke kwellingen te voltooien, nog over een moreele straf: de eeuwige hellepijnen, de oneindigheid van haar duur.

"Waar bleeft gij? "Muziekvolle ademing uit beetre sferen, "Die eenmaal 'n oogwenk hier op aard verkeeren "Kwaamt, om te vlieden, óók te gauw toen ... streeft gij "De oneindigheid der Ruimte dóór weer, om te ontmoeten "'t Verbeelde Kernpunt van dees Chaos,datwij groeten ...?"

Deze bleven met omhooggestrekte armen staan. Om de lippen van den beslist-prima-heer-met-witte-handschoenen, speelde een wereldsche glimlach, die eene oneindigheid van misprijzen uitdrukte. De toestand hield nog aan; het wachten werd pijnlijk. »Kom, wat doe je nuriep de ongeduldige officier. Hulpeloos keek de zenuwachtige overwinnaar van links naar rechts.

Hij kon niet ver meer om zich heen zien, voelde zich nu door die dampen ingesloten, met zijn smart niet meer zoo algeheel verlaten en rampzalig; wèl klein in de ontzettende oneindigheid, maar stil-intiem-alleen met z'n gedachten, z'n eigen ziel, en de begeerte die hij dooden moest.... Want dit was uit de heftige ontroering van dien dag in hem bezonken: dat het toch niet kon, zooals hij 't zich in 't eerst gedacht had, dat hij z'n liefde niet kon blijven dragen, als op z'n handenvlak een wondermooie vaas; want 't was niet iets dat op zich-zelf bestond en in hem woonde, 't was een wond, een groote, open wond met heete randen, die hij moest heelen of er dood aan bloeden.... En de eenige genezing was in werk; dat wist hij ook.... Werk, werk, en altijd werk, dat was zijn toekomst, levens-kans en -lot..., van álle kunstenaars 't eenige bestaan....

En op het andere dak stond Aimée nog altijd overeind met hare twee kinderen, afgrijselijk huilende in den nacht! Ik weet niet hoe lang wij in dezen toestand zijn gebleven. Toen ik weer meester over mijzelf werd was het water nog meer gerezen. Op 't oogenblik bereikte het reeds de daken, ons dak was niet meer dan een klein eiland, omgeven door de oneindigheid van het water.

Dát was zeker: hij kon alles, alles wat hij wou!.... Dat was haar niet uit 't hoofd te praten!.... Maar hij beproefde 't toch, sprekend over de oneindigheid van dingen, die niemand wist en niemand kon.... En zoo groeide hun intieme gemoedsbetrekking, zoo bouwden ze een huis voor hun sympathie.... 't Werd al gauw een groot ruim huis, met veel oude-vertrouwde kamers en gangen, en er kwamen lang-gekende, stille hoekjes in....

Nu zijn ze bedekt met een volk, dat de beschaving leidt, dat kunsten leven doet, dat al wat goed is lief heeft. Zie, heenvloeiend door de tijden, En voor mij uit een oneindigheid van menschen die mij hooren.