United States or Djibouti ? Vote for the TOP Country of the Week !


De kruinen der klapperboomen hangen soms zoo angstwekkend over de daken der huizen heen, dat men zich erover verwonderen moet, dat de menschen niet bang zijn losgeraakte klappers als bommen door hun plafond te zien vallen. De invallende duisternis begon het onder de palmen unheimisch te maken en we zochten onze baroega weer op, welke aan den zoom van het klapperbosch dicht bij het strand lag.

»De nacht begint reeds in te vallen," ging de mesties voort, »en de duisternis zal weldra zwart zijn. Hoe zullen wij onzen weg in dit bochtige vaarwater weer vinden? Ik geloof, master Gilbert, dat het voorzichtig is terug te keeren. Wij kunnen dan onze nasporingen morgen ochtend bij het krieken van den dag hervatten. Laten wij, zooals wij gewoon zijn te doen, naar Castle-House wederkeeren.

Om het bitter-zoete van dien waan, om het huiverig-aantrekkelijke van akelige mogelijkheden, ging ik elken avond weer uit met een vaag vermoeden van het onvermijdelijk-verrassende en afschuwelijke dat ik zou ontmoeten. De steeds zeldzamer wordende wandelaars waren herleid tot de waarde van het gloeiend vuurken hunner cigaar of pijp dat rood aankwam of verdween in de duisternis.

De straten, welke zij iederen dag betrad, waarlangs zij iederen dag reed, waren haar in die loeiende duisternis als de onbekende wegen van een demonische stad, waarin zij ronddoolde gelijk eene, door God vergeten, schim.

Babel heeft geen ideaal; Karthago heeft geen ideaal. Athene en Rome hebben en behouden, zelfs door de dikke duisternis der eeuwen heen, nog een straalkrans van beschaving. Frankrijk is van dezelfde soort van volk als Griekenland en Italië. Het is Atheensch door het schoone, en Romeinsch door het grootsche. Bovendien is het goed. Het is mededeelzaam, en meer dan andere volken opofferingsgezind.

Ik keek rond naar een steen om hem de hersenen in te slaan, doch kon geen enkelen vinden. »Toen kwam er een vreemde gedachte bij mij op, hoedanig ik mij thans van een wapen kon voorzien. »Ik zette mij in de duisternis neder en ontdeed mij van mijn houten been. Met drie sprongen was ik achter hem, en sloeg hem met één enkelen slag ter aarde.

Dat sproot voort uit den tijd, was geen fout van den man. Dit volk, in volle duisternis van barbaarschheid, nog minderjarig, een onnoozel kind, was zich zijn eigen instinct niet helder bewust, en kon aan wat het voelde of dacht geen woorden geven. Een middel om het te raadplegen w

Hij aarzelde eenigen tijd, omdat er zoovelen waren, die ouder waren dan hij; daarna zeide hij tot zichzelf, "Ik zal zeker nooit ouder worden, als ik mij heden aan den vijand overgeef." Dit geschiedde kort na middernacht. In de duisternis riep hij de kapiteins bijeen en zij maakten zoo goed mogelijk plannen.

Wat zou Frits graag even afgestapt zijn, om het kasteel te bekijken; maar daar kon nu niets van inkomen. Appelsteeltje had veel te veel haast. Toen Frits nog even omkeek, waren ze al weer een heel eind verder en was het kasteel al weer in de duisternis verdwenen. Maar het bosch werd al dichter en dichter, en nu moesten de veulens wel wat langzamer loopen.

En honderd slagen van allerlei wapens, van stokken, van steenen, van messen, van stukken hout, vielen in eens op het lijf van den huilenden man, die in de duisternis voor den echten beul aangezien werd; te meer daar de woorden van verschooning, welke hij uitgalmde, van niemand gehoord werden, maar in het algemeen geraas versmolten.