United States or Latvia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zij konden echter niet ver afgedwaald wezen en Jan keerde naar den wagen terug om de karrevoerders te gelasten hunne beesten weder op te zoeken. Maar ook de twee mannen waren niet bij de hand. Waar zouden zij zitten? vroeg Jan. Ik denk, zeide Cesar, dat zij er reeds op uit zijn om hunne paarden terug te halen.

De tocht door de bergpas zou trouwens nog slechts twee dagen duren, dan zouden zij het hoogste punt bereiken en konden de hulppaarden met hunne geleiders weder naar de hoeve terugkeeren. Toen er eene geschikte plaats gevonden was om des nachts verblijf te houden, gingen de karrevoerders ook eene plek zoeken om hunne paarden vast te binden.

Te Batoem waren wij slechts vervuld van de gedachte, karrevoerders te krijgen voor het vervoer van onze koffers, kisten met voorwerpen van waarde uit Perzië en onze valiezen van het station naar de haven. Gelukkig waren de kruiers niet in staking en om elf uur waren we aan boord van de Circassie van de Paketpostmaatschappij.

En ontelbare marmeren beelden bekroonden den hoogsten ommegang, tegen de lucht, met schitterwit verstard en versteend gebaar, tegen het zich verdiepend azuur. Dat is wel mooi.... En wel groot, ? Zij keken op en staarden naar de vele beelden; de karrevoerders schreeuwden en vloekten: overreden werden ze bijna.

Onder de loods met grijze, zonverbleekte pilaren, drentelde een troep vuile meisjes met bloote hoofden, te wachtten tot de markt afgeloopen was. Anderen verdrongen zich om de open-en dichtslaande deuren van een café. De zware karrepaarden trappelden en stampten op de ruwe steenen en schudden tuig en bellen. Een paar karrevoerders lagen te slapen op een hoop zakken.

Het was duidelijk dat de twee karrevoerders, gebruik makende van het oogenblik dat Jan en Sander met hun vader, vergezeld van Kruidnagel, waren teruggeloopen om het goed te halen dat op een lager gedeelte van den weg was achtergelaten, in het achterste gedeelte van den reiswagen waren doorgedrongen zonder dat iemand dit had opgemerkt.

Ieder stak zijne handen uit om te helpen en het moest erkend worden dat de twee karrevoerders zich niet lui toonden, waardoor Cascabel en de zijnen eenigszins terugkwamen van den ongunstigen indruk, dien de mannen aanvankelijk op hen gemaakt hadden.

Wat al ontroering, dien volgenden morgen, dadelijk op straat, voor het huis van voller en slavenkoopman, toen de caterva, mèt Cecilius en Cecilianus dit maal, hun woning verliet, allen te zamen, om te baden in de Thermen van Titus, om iets te eten, om daarna te repeteeren. Ten eerste de ontroering, die ging door de straten, omdat er die nacht een moord was gebeurd in de Carinæ en een inbraak; meer bizonderheden ontbraken nog: de misdadigers waren gevat, zei de een; zij waren ontvlucht, beweerde de ander. Dan de ontroering in de caterva zelve, dat de Bacchides toch zouden worden opgevoerd.... Misschien de Bacchides èn de Menæchmi beiden, had de dominus met gezag verklaard, terwijl de slavenkoopman, Autronius, dit maal een troep van twaalf buitenlandsche slaven en slavinnen, meest Daciërs, ter markt zoû geleiden en de voller in den blanken weêrschijn van zijn uitgehangene toga's op den drempel van zijn winkel verscheen om Lavinius Gabinius te begroeten. Intusschen trok de "paraziet" den dominus ter zijde, en tusschen de bolderende karren vol marmerblokken, door muilen getrokken, onder een geklikklak van zweepen der karrevoerders, poogde de "paraziet" zijn dominus fijntjes te bepraten.... Zoû het toch werkelijk niet beter zijn, meende de "paraziet",

De Klingaleezen die voor eigen rekening uit Madras en Pondicherry komen, leven in kongsies, onder een eigen hoofd, den kling-tandil. Zij zijn karrevoerders en verzorgers van het vee, en als zoodanig goede werklui. Maar zij geven veel overlast door hun onverbeterlijke drankzucht. De andere Britsch-Indiërs, Bengaleezen en Afghanen, zijn boodschappenloopers en nachtwakers.

De goedgezinde bevolking had zoo dikwijls de lynch-wet op hen toegepast, dat er een einde was gekomen aan deze straatrooverijen. Intusschen was Cascabel een te voorzichtig man om tegenover de twee vreemden niet op zijne hoede te wezen. Dit viel niet tegen te spreken, dat het een paar flinke karrevoerders waren. De dag liep dan ook zonder eenig ongeval ten einde en dit was toch maar de hoofdzaak.