United States or India ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij die de wereld vanuit een nieuw gezichtspunt gaat beschouwen, en zijn levenswijze dra naar die nieuwe wereldbeschouwing heeft gevoegd, zal als de eerste blijdschap is geluwd bespeuren dat zijn ziel van het initiatief zijns Geestes nog niet is doordrongen, dat zijn gemoed zich nog niet uit de oude verhoudingen heeft bevrijd.

Nog was 't gepraat niet geluwd, toen 'n verbluffing geschiedde. Jans, die 'r 't minst recht op had, kreeg tien dagen vacantie, tièn dagen om 'r moeder in Friesland op te zoeken, en toen Christien, die nooit 'n d

Toen de eerste vreugde wat geluwd, de keuze gemaakt en de rekeningen betaald waren, zeide Rodolphe tot de drie dames, dat zij zorgen moesten den volgenden ochtend haar costuums af te hebben. "We gaan naar buiten!" zeide hij. "Dat is zoo moeilijk niet!" riep Musette uit. "Het is niet voor het eerst, dat ik op één en denzelfden dag een japon gekocht, geknipt, genaaid en aangetrokken heb.

»Op ongeveer honderdvijftig mijlen." »Nog zoo ver!" »Ja zeker." »Dank je, vriend." »Kom aan boord!" riep Gilbert Burbank. »Ja, aan boord!" herhaalden allen. »En vooruit met de schuit, totdat de waterdiepte ons begeeft!" Ieder hernam zijne plaats in het vaartuig. Daar de wind bij het vallen van den avond veel geluwd was, werden de roeiriemen uitgelegd en krachtig gehanteerd.

Hoe zou het daar nu zijn? Vroor het daar nu ook en werd er schaatsgereden? Was Boerke van Meylegem op 't ijs en voerde hij zijn minderwaardige kunsten uit, vlak vóór de herberg van het mooie Tieldeken, ten aanschouwe van een bende gapende pummels en van Tieldeken zelve? Waren mijn vroegere vrienden: de Groote Dichter, de Groote Schilder, de Groote Musicus ook weer aan 't schaatsenrijden en hadden zij nieuwe ijsvriendinnetjes opgescharreld? En jonkvrouw Quiline, was die nog steeds aan 't knoeien zonder vooruitgang te maken, met de andere knoei-rijders van 't Kasteel? Ik zag dat alles weer, zoo duidelijk, zoo helder, en een groot en innig heimwee kroop in mij. Ach, wat was ik ontrouw aan al dat frisch en schoon verleden! Hoe voelde ik Tieldeken verwijtend treuren en hoe zag ik de freule met minachting, als naar een renegaat, op mij neerkijken! Het golfde in mij op en tranen kwamen in mijn oogen. Die muziek speelde ook zoo bedwelmend, zoo verlammend. Ik bestelde een tweede pousje en stak een groote sigaar op. Zoo kon ik nog wat blijven zitten, en peinzen, en droomen. Zou ik het nu heusch doen? Zou ik haar ten huwelijk vragen en mij hier voor goed in het vreemde land vestigen? Hoe zou dat alles moeten gaan? Nadere kennis zien te maken met haar familie, vertellen wie ik was, wat ik deed, hoe onze toekomst wezen zou. Dat alles kon wel, behoorde tot de mogelijkheden, ja, tot de waarschijnlijkheden, als ik inderdaad genoeg volharding had en een onverwoestbare, alle bezwaren en hinderpalen trotseerende liefde voor haar voelde. Voelde ik nu werkelijk een onverwoestbare, alle bezwaren en hinderpalen trotseerende liefde voor haar? Mijn opwinding was eenigszins geluwd, de digestie werkte vernuchterend, de restauratie liep langzaam aan leeg, de muziek verslapte, de koele werkelijkheid kwam sluiperig aangrijnzen. Ik wist niet zoo precies meer w