United States or Brazil ? Vote for the TOP Country of the Week !


Intusschen was Rodolphe nog meer dan ieder ander verbaasd over die plotselinge onverschilligheid, welke, zonder de gewone phasen van droefgeestigheid en melancholie te doorloopen, volgde op de woeste stormen, die nog eenige dagen te voren in zijn hart gewoed hadden.

"Wat zijn dat voor uitgaven?" vroeg Rodolphe aan Marcel, die las. "Dat weet je wel," antwoordde deze, "dat is de avond, dat we 's morgens pas thuis gekomen zijn. Trouwens daardoor hebben we vuur en licht gespaard." "Verder." "20 Maart. Dejeuner, 1 fr. 50; tabak 20 cent; diner, 2 fr.; een monocle, 2 fr. 50. Die monocle is voor jouw rekening. Waarvoor hadt je een monocle noodig?

En terwijl hij zijn gezicht in de ijspudding, die nog op zijn bord lag, drukte, sliep hij in. "Wat wil hij toch eigenlijk met zijn Donderdag?" vroeg Mimi. "O, nou ben ik er achter!" antwoordde Rodolphe, die de halsstarrigheid van den door zijn idée fixe gekwelden wijsgeer begon te begrijpen; "dat komt door zijn artikel in Le Castor ... Luister maar, hij droomt er hardop van."

Toen de jood ging zitten, lieten zijn zakken een zilveren klank hooren, waarvan de melodie de vier bohémiens in zoete droomerijen deed verzinken. "Laten we nu naar het lied luisteren," fluisterde Rodolphe Marcel in. "Het accompagnement is niet kwaad." "Mijnheer Marcel," zeide Médicis, "ik kom uw fortuin maken.

"U kijkt mij niet meer aan, je spreekt niet tegen me," zeide Séraphine verwonderd. "Kom," zeide Rodolphe tot zich zelf en keek op, "laat ik naar haar kijken, maar alleen uit een oogpunt van kunst!" Et quel spectacle, alors, vint s'offrir

Zoo sprak de schilder Marcel tot de kleine Mimi, die hij drie of vier dagen na haar tweede echtscheiding van den dichter Rodolphe ontmoet had.

In den ochtend van zoo'n 15den April lag Rodolphe rustig te slapen .... en droomde, dat een van zijn ooms hem bij testament een geheele provincie van Peru had vermaakt .... met alle Peruaansche schoonen erin begrepen.

"Ik moet het vannacht krijgen en zal het u dan morgenochtend geven," antwoordde Rodolphe, terwijl hij in het hokje naar zijn sleutel en zijn kandelaar zocht. Hij vond geen van beide. "Mijnheer Rodolphe," zeide mijnheer Benoît, "het spijt me erg, maar ik heb uw kamer verhuurd; en een andere heb ik niet disponibel, u moet ergens anders een onderkomen zien te vinden."

Carolus ging verder en las aan één stuk het eerste hoofdstuk, dat geheel in dien stijl geschreven was. Rodolphe luisterde maar half en zon op een middel om te ontsnappen. "Daar is wel een raam," zeide hij tot zichzelf; "maar behalve dat het dicht is, zijn we hier op de vierde verdieping. Ha, nu begrijp ik al die voorzorgsmaatregelen."

Ja, leugenpak!" krijschte hij in de hoogste tonen van zijn faussetstem, "en de journalisten zijn bandieten en prutsschrijvers." "Maar toch, mijnheer Mouton ...." "Ja, bandieten," ging deze voort. "Zij zijn de oorzaak van alle ongelukken in de wereld; zij hebben de revolutie en de assignaten gemaakt; bewijs: Murat." "Pardon," viel Rodolphe hem in de rede; "u bedoelt Marat."