Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Het was alsof het gesternte des daags schroomde zulk een snoode daad met zijn vriendelijk licht te beschijnen, want de verblindende en stekende zon van den eersten Augustus omsluierde haar stralend aangezicht met een witgrijzen nevel, en de ontwijde zee fronste het voorhoofd, verwisselde haar zuiver blauw met geelachtig grijs en zwartgroen, en een wit schuim kookte op de koppen der verbolgen golven.
Helder-frisch-groen golven de bosschen met pijnboomen; sombertragisch-groen, bijna zwartgroen staan de cypressen om de eenzame, vale boerderijen. De wegwijkende bergen schijnen violette en roze wonderen; en in de blauwe, diepblauwe, windlooze lucht, is 't als een bad van zonnegoud.
Het eerste waaraan de aanwezigheid en arbeid van menschen waren waar te nemen, waren de groote, leege plekken van kaalgekapte hellingen, als holen en gaten in het ruige zwartgroen van het oerwoud. Tienduizenden stammen, van loof en takken ontdaan, naakt uitgeschud, liggen strak en bleekgrijs over den grond.
Haar oogen, wijd open, staarden naar boven, naar den groenen hemel van het ledikant, zwartgroen in de zwakke schemering van het nachtlicht, en die in stijve plooyen zich in een middenpunt, een rozet, samentrok, waaruit een beddekwast nederdaalde, roerloos als de slinger van een stilstaande klok.
Hij verliet de benauwde stilte der bosschen, kwam weer in 't open veld, dwaalde daar doelloos rond, nauwelijks wetend waar hij liep. De maan kwam op, groot, rond, dof-oranje over het zwartgroen der bosschen, als een zeldzaam wezen vol nieuwsgierigheid en droefheid, die met verlegen aangezicht schuchter komt kijken.
Daar zijn statige rotspoorten, die zich over 't water welven; daar zijn steenen, die voortdurend worden overspoten met wit schuim, en andere, die zich in zwartgroen, onbewegelijk stil water spiegelen. Daar zijn reuzenpannen, in de rots uitgehouwen, en geweldige spleten, den wandelaar uitlokkend, zich in de diepten van den berg te wagen, tot in het hol van den Kullaberggeest.
Hun veeren waren wit, maar om den hals hadden zij een breeden, gelen band, de vleugels speelden in groen, rood en zwart; de vleugelpunten waren zwart; de kop was zwartgroen, en had een weerschijn als zijde. Zoodra een paar van hen zich aan 't strand vertoonden, zeiden de andere vogels: "Kijk die eens! Die hebben slag zich op te tooien!"
De grondkleur van zijn kleed is donker metaalachtig groen; de kop en de hals zijn zwart, op de wangen met een donkerbruinachtig violet waas; het onderste deel van de borst en de buik zijn licht groenachtig geel; een dwarsband op het midden van den buik en ook de staartwortel tot aan den rug zijn rood; de staart is aan de bovenzijde zwartgroen, aan de onderzijde grijsgroen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek