Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juni 2025
Den 23sten, trokken wy ten westen van Cofaay, in de hoop om het een of ander van den vyand te vernemen.
Zy verklaarden aldaar, dat de onderneemingen van den Colonel FOURGEOUD meer geschikt waaren om zyn eigen krygsvolk, dan dat van den vyand, van kant te helpen. Zoo bestaan de Negers; wanneer zy denken dat 'er niets te doen valt, willen zy niet optrekken.
Een kroon van verschillende vederen. 15. Een voorschoot, queiou genaamd. 16. Een Indiaansche aarde pot. 17. Een Indiaansche knods, of apoutou. 18. Een catoene hangmat. 19. Cieradiën, van tanden van tygers, of wilde zwynen gemaakt. 20. Een toover-schelp, of calebas. 21. Een Indiaansche fluit, tou-tou genaamd. 22. Een fluit, van het been van een vyand gemaakt. 23.
Al die voorgewende tooverkragt bestaat alleenlyk daar in, dat deeze arme dieren, wanneer zy zig door eenig dreigend gevaar overvallen zien, door zulk een schrik en beving worden aangetast, dat zy 'er het gebruik van hunne ledematen door verliezen, en onbeweeglyk op hunne plaats blyven, of, zig trachtende te redden, in de macht van hunnen vyand vallen.
De algemeene Staaten van gevoelen zynde, dat door deze geduurige vyandelykheden, de Koning van Spanje meer een openbaare vyand, als een beschermend Overheer was; hebben daarom geresolveert, hem van alle zyne voogdye af te zetten, en zyne gehoorzaamheid ten eenemaal afgezwooren: waar toe de Staaten van de andere Provintien, en Friesland mede, in dit zelve hebben bewilligt.
Volgens deeze tyding was het klaar, dat de vyand niet was klein te achten; en dewyl men nu eindelyk wist, waar hy te vinden was, ontfing al het krygsvolk, namelyk de zee-soldaten van den Colonel FOURGEOUD, het Regiment van de Compagnie, en de Neger-jagers, die van verlangen brandden, om blyken van dapperheid te geven, bevel om zig onmiddelyk tot den optocht gereed te maken.
Den eersten van Juny, of na de oude Styl den 22ste van May, moet voor een Schrikdag van geheel Nederland aangeteekent worden: van welken tyd zy geen 50 dagen konden tellen, of was meer als 80 van hunne sterkste steden en vermaardste beschansingen door den vyand ontbloot.
Den 4den, des morgens, ontdekte ik twee fraaije Powesas, op de takken van eenen hoogen boom, die naby de legerplaats stond. Aan den Colonel verlof gevraagd hebbende, om 'er een te schieten, weigerde hy my zulks op eene ruwe wyze, onder voorwendzel, dat de vyand de schoot van myn snaphaan zoude kunnen hooren; als of dezelve niet wist waar wy waaren.
Den 3den, kwam ik op de Plantagie Egmondt, by den heer DE CACHELIEU; en des anderen daags hield ik stil op de Plantagie Ornamibo, alwaar ik mynen ouden vyand, den Capitain MEYLAND, met wien ik aan de Wana-Kreek gevochten had, goedhartig onthaalde.
Want elk stond verlegen, en verwagte alle omzien den vyand. Niemand wist wien het eerst zoude gelden; alzo het geheele land onbedekt, en zonder de minste afsnydinge voor hem open lag. Elk wilde met zyne beste losse goederen vluchten, maar niemand wist byna waar heen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek