United States or Nicaragua ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar geen van de geesten gunt ons bij elkander te komen." Toen stormde Skirnir op Freyers rennende ros, en met zijn stralende zwaard gewapend, door den rossigen nevel van den eindigenden nacht. Hij stormde naar het land van de reuzen en kwam voor Gymirs verblijf. Daar waren woedende honden gebonden voor de opening van het houten hek, dat Gerda's zaal omgaf.

Er heerschte op het erf, verlicht door den rossigen gloed der stijgende vlammen, een onbeschrijfelijk tooneel. De uit de kralen losgelaten beesten joegen, loeiend en bulkend, schuimbekkend van angst, voorbij, in hun loop gestuit door wild geworden paarden, die met wijd opgesperde neusgaten en rillende flanken telkens tegen het vuur indrongen.

Zij konden dat niet zoo dadelijk bevatten en keken de vrouw aan, roerloos, met wijd-angstige oogen. Maar eensklaps riep een jongetje: "'t Es woar! 't Brandt ginder!" en allen keerden, als onder een schok, zich om en zagen een rossigen, rookenden gloed, over de verre boomen aan den einder.

In Zeeland, in Friesland en in Groningen zijn er brunetten en blondines, rossigen en anderen met kastanjebruine haren, en zoo de overdaad van zachte spijzen haar aderen heeft gevuld met een flauw en waterachtig vocht, zij zullen zonder eenigen twijfel in haar gevoelens niet verschillen van de andere dochteren Eva's. Dat zijn overdenkingen, waartoe de marktdag in Middelburg iemand brengt.

Bij den rossigen gloed van toortsen en nog spookachtig verlicht door het brandende, veroverde fort, trekt de stoet in triumf de stad binnen, waar de klokken beieren, waar de vreugdevuren en lichten zijn ontstoken, evenals in den nacht van den eersten blijden intocht van Jeanne, en waar een opgewonden en geestdriftige menigte haar ontvangt met de vreugdekreet: »Noël!« »Noël

Ook hier heeft elk ding zijn eigen kleur, zijn eigen verf, zijn eigen kleurvermengingen; maar tegelijk straalt ook hier elk ding eenen rossigen gloed uit, eene tint, die nergens aan te wijzen, en toch overal te vinden is; die op geen voorwerp ontbreekt, en toch op alles de natuurlijke kleuren handhaaft. We zien het roode licht niet, we ondergaan het.

Op dien naakten, rossigen rotsburcht, waar het gerucht der bezige stad verstomt, waar ge niets hoort dan de scherpe kreten der roofvogels hoog in de lucht, waar ge niets ziet dan den stralenden gloeienden hemel en de violetkleurige toppen van den Hymettos en den Pentelikon; tegenover die zwijgende marmeren kolommen, die uit den grond schijnen op te rijzen, te midden van die diepe stilte en volstrekte eenzaamheid, gevoelt ge u zelven geheel vermeesterd en doordrongen van een groote, rustige kalmte.

Hel glimmerden daar de beslijkte keien.... Ook stonden er nog wagens met koopwaar, onder den rossigen walm van olielampjes, en joden-mannen en -vrouwen er bij, heesch uitstootend hun onverstaanbare roepen, 't Was nog herrie-achtig vol op straat: burger- en werkmansvrouwen, op boodschappen uit, gillende meiden en groepjes stenterige jonge kerels die hun weekgeld binnen hadden....

En op die regenachtige September-namiddagen, als zoo weldoende het groote keukenvuur nog na te gloeien lag van een afgeloopen, langen strijkdag, dan, tegen schemer, zette de moeder het fornuisdeurtje open, en in den rossigen gloed, aanwakkerend en weer doovende over hun, knieën en handen, zaten zij dicht naast-een, de voeten op den aschbakrand, en zij dronken hun extra kommetje koffie vooruit, met een balletje erin.

De lage huizen brokkelden en braken hun grauwe daken- en murengewarrel donker groezelig onder die nachtereep of glommen met lange weêrschijnen van druipende vocht in rossigen glans van de lantaren voor het huis van Taurus.