Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 28 juni 2025
Maar ik kreeg ten antwoord: "O neen, dat wil de Padishah niet hebben; het zijn hamidiés."
De reizigers, die Konstantinopel bezocht hebben tijdens de grootheid der sultans, erkennen dat zij het serail niet van binnen hebben bezien; geen hunner heeft den drempel van de derde binnenplaats overschreden, noch een blik geworpen aan gene zijde van de troonzaal, in welke de Groote Heer of zoo als hij meer genoemd wordt de Padishah, de Verheven Keizer, de Beheerscher der geloovigen, de Opvolger van den Profeet, de Schaduw Gods, audiëntie gaf aan de afgezanten der christelijke mogendheden; maar allen hebben merkwaardige bijdragen geleverd, en velen hunner hebben hunne geschriften opgesteld als onder het oog van lieden, die in het serail geleefd hebben.
Zij behoort aan de Engelschen sedert 1818; in de vijftiende eeuw kwam zij in handen der mongoolsche keizers, en later, toen het groote rijk uit elkander viel, in de macht der mahratten-koningen van Gwalior; toen de Engelschen optraden als de erfgenamen van den Padishâh, eischten zij ook deze provincie, als deel uitmakende van de keizerlijke goederen, en sedert is zij ook aan hen verbleven.
Na lang beraad kwam hij tot het besluit, dat het beter zou zijn naar den Sultan te gaan en zelf verslag te doen van wat er was gebeurd, dan zijn vijanden gelegenheid te geven hem te belasteren bij den Padishah. Toen Prins Marko te Yedrenet kwam, werd hij onmiddellijk in de raadszaal door den Sultan ontvangen.
"Ik had het wel aan mijne collega's gezegd, zoo sprak hij, dat de majesteit van den vertegenwoordiger van den Padishah ook de stoutmoedigsten zou verschrikken en op de vlucht drijven." Wij maakten ook onze opwachting aan de consuls van Rusland en Engeland.
Geen wonder, dat schrik, ontsteltenis en rouw de geheele mohammedaansche wereld vervulden. Eindelijk, in 1813, kwam de sultan, de Padishâh, tusschenbeiden.
Hij beschreef hem uitvoerig het bloeddorstig karakter van den onoverwinnelijken opstandeling van den Padishah en gaf Banovitch ten slotte de verzekering, dat noch zijn scherp zwaard, noch zijn vergiftige speer, noch zijn paard hem iets zouden baten, doch dat de verschrikkelijke Vlah-Ali hem levend zou grijpen met zijn ijzeren vuisten zijn ledematen in stukken zou breken en zijn oogen uitrukken.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek