United States or Afghanistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Al wat door iets bijzonders den primitieven mensch als drager van die geheimzinnige kracht toeschijnt, bijv. steenen van een eigenaardigen vorm, dient als amulet. Het amulet vermag dus, om het zoo uit te drukken, door uitstraling van "mana" de kracht van het booze oog te breken.

Dat speeksel aarde vermag te bezielen, berust op het reeds in hoofdstuk II vermelde geloof aan het "mana", eene kracht of zelfstandigheid, waarmee het lichaam van goden en bevoorrechtte menschen zou zijn doortrokken en die ook buiten de sfeer van het lichaam om, drager van het psychische zou blijven. De wonderdadige werking van speeksel zal ook later nog wel eens ter sprake komen.

De ware verklaring zou deze zijn: De primitieve volkeren gelooven, dat geesten, hetzij overledene menschen, hetzij bovenmenschelijke wezens, het door ons reeds in hoofdstuk II vermelde "mana", eene kracht of zelfstandigheid, ook aan onbezielde voorwerpen kunnen mededeelen.

De volkenkunde levert hiertoe tal van paralleles. Bij de primitieve volkeren heerscht algemeen de overtuiging, dat hunne hoofden eene bijzondere kracht of zelfstandigheid bezitten, die men tegenwoordig gewoonlijk met een Polynesisch-Melanesisch woord "mana" noemt, door welke zij o.m. ook zieken vermogen te genezen. Hetzelfde geloof heerschte in Europa.

Dezelfde persoon moest zig van tyd tot tyd vervoegen by de andere Indianen, die zig op de veefokkerye toeleiden. Men oordeelde het nuttig te zyn, om in het gedeelte, dat onder den wind gelegen is, te Mana en te Marony, twee bevolkingen aan te leggen, en daar door eene verzameling van Indianen van geregelde levens-manieren te maken.

De Rivier Iracoubo is aan het einde van dat gedeelte, het welk de Fransche Volkplanting uitmaakt. Van daar tot aan de grenzen der Surinaamsche Volkplanting, dat is, tot aan de Rivier Maroni is eene uitgestrektheid van veertien mylen. Tusschen beiden zyn de Rivieren Organabo, Iroucan-Pati, en Mana, of Amanabo, die een uitgebreiden loop heeft.

Het uiterst onaesthetische gebruik om mest als toovermiddel in het huis van de beminde te werpen, schijnt ook nu nog in zekere landen voor te komen en berust blijkbaar op het geloof, dat het "mana" van een overledene ook voorwerpen welke op de plek komen te liggen waar hij gestorven of begraven is, vermag te doortrekken en er zoodoende tooverkracht aan te verleenen.

De Rivier Iracoubo is aan het einde van dat gedeelte, het welk de Fransche Volkplanting uitmaakt. Van daar tot aan de grenzen der Surinaamsche Volkplanting, dat is, tot aan de Rivier Maroni is eene uitgestrektheid van veertien mylen. Tusschen beiden zyn de Rivieren Organabo, Iroucan-Pati, en Mana, of Amanabo, die een uitgebreiden loop heeft.

Dit alles laat zich gemakkelijk verklaren door het primitieve geloof, dat het lichaam o.m. van opperhoofden, zooals wij reeds in hoofdstuk II hebben vermeld, van "mana", eene magische kracht of zelfstandigheid is doortrokken. Men kan nog verder gaan en hierin een hoofdfactor zien van de reliquieënvereering.

Vaak immers wordt ook aan het lijk en het gebeente van een heilige wonderkracht toegeschreven. Het "mana", om maar die uitdrukking te gebruiken, is ook na den dood nog in de overblijfselen van eene bevoorrechte persoonlijkheid aanwezig. Keeren wij nu tot Vespasianus terug.