Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juni 2025
Moerassige wouden, rietbosschen, broekland en meren, waarin vele waterplanten groeien, zijn de liefste verblijfplaatsen van deze dieren. Hier vereenigen zij zich tot meer of minder groote troepen; zij slapen over dag en gaan 's nachts fourageeren; al wat gegeten kan worden is van hun gading.
Uit moerassige, lage terreindeelen met struiken en heide, hier en daar met eenig riet en andere moerasplanten begroeid, plekken, waar het water samenloopt en door de onderliggende dichte leemlaag niet in den bodem kan wegzinken, ziet men dergelijke beekjes te voorschijn komen, eenzaam door de heide dwalend, schier zonder groenen oeverzoom, of deze slechts tot een smalle strook beperkt.
Zij bewonen uitgestrekte, moerassige, open vlakten, vochtige en natte weidegronden en ook heidevelden, loopen hier, bedaard stappend, rond, om hun voedsel te zoeken, dat uit kleine dieren bestaat, richten zich bij 't naderen van een gevaar op, blijven, evenals de Ruiters, stokstijf staan, in plaats van zich te "drukken", gelijk de Snippen, en vliegen plotseling op, terwijl hun vijand nog ver af is.
Als de avondschemering invalt, vliegt de Houtsnip naar breede boschwegen, weiden en moerassige plaatsen in of in de nabijheid van het woud, om voedsel te zoeken.
Men breide zig vervolgens uit in alle de gedeelten van dit zelfde Eiland, en aan de naby gelegene Rivieren. In 't jaar 1640. zetteden de Franschen zig aan de Rivier Surinamen neder; maar de lage en moerassige grond, en ongezonde lucht in dit gedeelte van Guiana, deeden hun het zelve wederom verlaten. De Engelschen maakten 'er gebruik van.
De Meesvink bewoont moerassige, met riet begroeide gewesten van Oost-Azië hoofdzakelijk Oost-Siberië, Oost-China en Mandsjoerije, bovendien Oost-Toerkistan. Radde vond hem gedurende het geheele jaar bij den middelloop van den Amoer. In het laatst van den herfst vereenigen de paren zich tot vluchten van 10
De Latanusboom is een zoort van Palmboom, die men voornamelyk op moerassige plaatsen vind, en altyd, een bewys van een ryken grond is. Hy is ten naasten by zoo dik als de dyë van een mensch, en verheft zig tot de hoogte van dertig tot vyftig voeten.
Zij woont echter uitsluitend daar, waar moerassige oorden met hooge waterplanten, riet, zeggen, wilgenstruiken en dergelijke in moerassige streken groeiende gewassen bezet zijn, met andere woorden dus, aan de oevers van plassen, rivieren en meren, in moerassen en drasse weiden. Hier broedt zij ook.
Des anderen daags morgens quamen de vyanden voor den dag springen, om alzo Rudolf en de zynen te overvallen: maar hunne groote stoutheid bragt hen op de slagtbank; want zo als zy op de moerassige weide quamen, wierd 'er van achteren zodanig gedrongen, datze 'er voor 't meerendeel in bleven steeken.
Om hem in 't aangrypen van zynen buit behulpzaam te zyn, is hy onder den buik met sterke klaauwen, als haanespooren, gewapend. Dit dier leeft zoo wel in 't water als op 't land, en tiert 't best op laage en moerassige landen, alwaar hy zig verschuilt, door zig onder stukken verrot hout, onder boommos en bladeren, als een touw in één te rollen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek