United States or Sri Lanka ? Vote for the TOP Country of the Week !


Olisipo, Olisipon, stad in Lusitania, thans Lissabon, zie Junii no. 4. Olizon, Olizon, stad in het Z. van het thessalische landschap Magnesia, tegenover het eil. Euboea. Ollius was een vriend van Seianus en werd in diens val medegesleept. Zijne dochter droeg niet den naam van haar eigen vader, maar van haar moeders vader. Oloösson, Oloosson, stad der Perrhaebi in het N. van Thessalia.

Later werd hij nogmaals stadhouder van Sicilia en deed opnieuw strooptochten op de carthaagsche kust. Otho, familienaam in de gens Salvia. Als stadhouder van Lusitania was hij 10 jaar lang een rechtvaardig bestuurder. Bij Nero's dood omhelsde hij de partij van Galba, tegen wien hij echter uit gekrenkte eerzucht in opstand kwam, waarop hijzelf tot keizer werd uitgeroepen.

Hieronder volgt een staatje van den duur van eenige overtochten in de laatste 20 jaren. 1879 Arizona, 7 dagen 8 uren. 1882 Alaska, 6 dagen 22 uur. 1896 Saint-Paul, 6 dagen. 1903 Deutschland, 5 dagen 12 uur. 1906 Kaiser Wilhelm, 5 dagen 8 uur. 1906 Deutschland, 5 dagen 7 uur 38 min. 1907 Lusitania, 4 dagen 25 uur. 1908 Lusitania, 4 dagen 15 uur.

Galba, krijgstribuun, zocht uit haat tegen L. Aemilius Paullus, de volkstribunen over te halen om diens zegepraal te beletten. In 151 en 150 voerde hij als propraetor oorlog in Lusitania; hij werd eerst verslagen en pleegde later schandelijke woordbreuk, toen hij ongewapende krijgsgevangenen verraderlijk liet neerhouwen. Onder de weinigen die ontkwamen, behoorde Viriathus.

Later beteekent cuneus dikwijls slechts eene kolonne, zonder dat men daarbij aan den wigvorm behoeft te denken, ook wel een dichtgesloten vierkant. Cuneus, de Zuidkust van Lusitania. Cunobelinus, ten tijde van keizer Caligula, koning van de Trinobantes, vader van Caratacus. Cupido, z. Eros.

Ebora, rom. muncipium in Lusitania, ook Liberalitas Iulia genaamd, thans Evora. Eboracum, Eborakon, thans York, hoofdstad der Brigantes in Britannia. De keizers Septimius Severus en Constantius Chlorus stierven te York, Constantijn de Gr. werd er tot keizer uitgeroepen.

In 61 was hij propraetor in Lusitania en Baetica, van waar hij met roem en rijken buit terugkeerde. Om den band hechter te maken, gaf hij zijne dochter Iulia aan Pompeius tot vrouw. Door de lex Vatinia van den volkstribuun P. Vatinius werden aan Caesar Gallia Cisalpina en Illyricum als provinciën toegewezen, waarbij de senaat nog Gallia Transalpina voegde. Tevens werden hem 4 legioenen toegewezen.

Ook voor aanklachten tegen stadhouders wegens afpersingen werd wel van recuperatores gebruik gemaakt, het eerst in 171 bij het proces tegen P. Furius Philus, stadhouder van Lusitania. De iudices recuperatores werden telkens ten getale van 3 of 5 door den praetor aangewezen. Onder de keizers kreeg deze instelling steeds grooter uitgebreidheid.

Scipio liet door hem de berichten der verovering van Carthago nova en van den slag bij Zama naar Rome overbrengen. Hij vergezelde Scipio in 147 op diens tocht tegen Carthago en had het hoofdaandeel in de verovering der carthaagsche binnenhaven Cothon. Als praetor streed hij in 145 voorspoedig tegen Viriathus in Lusitania.

Nog vóór den dood van Augustus werden Gallaecia en Asturia bij H. Citerior gevoegd, dat voortaan gewoonlijk Tarraconensis heet, naar de hoofdstad Tarraco; de andere twee provincies heeten nu Baetica en Lusitania. De bevolking bestond uit keltische en iberische stammen; de Iberiërs waren donker van tint.