United States or Macao ? Vote for the TOP Country of the Week !


In deze omstandigheden nam Creon, de broeder der koningin, voorloopig de regeering in handen en maakte bekend, dat hij, die het land van de Sphinx zou verlossen, met de hand van Iocaste en de koninklijke waardigheid zou beloond worden.

Wel verklaarde een later orakel, dat het land, waar het graf van O. zich zou bevinden, groot en bloeiend zou worden en door Thebe niet te overwinnen zou zijn, en trachtten daarom Creon en Polynices hem te bewegen naar zijn vaderland terug te komen, maar O., die intusschen bij Theseus in Attica vriendelijk opgenomen is, wil hiervan niets weten.

V. a. ontkwam zij door de hulp van Haemon en leefde zij nog jaren lang op het land in geheimen echt met hem, totdat Creon haar ontdekte en Haemon haar en zichzelf doodde. Toen Peleus de liefde van Astydamea onbeantwoord liet, zond deze aan Ant. het onware bericht, dat hij op het punt was met Sterope in het huwelijk te treden.

Megalopolis was de geboorteplaats van Philopoemen en Polybius. Megalophanes, Megalophanes, z. Ecdemus. Megara, Megara, dochter van Creon no. 3, gehuwd met Heracles en later met Iolaus. Megara was de geboorteplaats van den dichter Theognis en den wijsgeer Euclides, den leerling van Socrates. Over Megara op Sicilia, zie Hybla.

De zonen van Alcm. en Callirrhoë, Acarnan en Amphoterus, wreekten later den moord van hun vader. V. s. had Alcm. bij Manto, de dochter van Tiresias, een zoon en een dochter, die hij aan Creon, den koning van Corinthe, gaf om op te voeden. Uit jaloerschheid liet de vrouw van Creon het meisje, toen zij volwassen was, als slavin verkoopen en zoo kwam zij onbekend toevallig bij haar vader.

Lang regeert O. gelukkig en tot heil van het land, bij Iocaste krijgt hij vier kinderen: Eteocles, Polynices, Antigone en Ismene. Na vele jaren wordt het land echter door een verschrikkelijke pest bezocht, en in den hoogsten nood zendt O. zijn zwager Creon naar Delphi, ten einde Apollo om raad te vragen.

Megareus, Megareus, gewoonlijk Menoeceus, zoon van Creon no. 2, benam zich vrijwillig het leven, toen Thebe door de zeven vorsten belegerd werd, dewijl Tiresias voorspeld had, dat slechts door het offer van een der Sparti de Thebanen in den oorlog overwinnaars konden zijn. Megareïus, Hippomenes, zoon van Megareus. Megarici, wijsgeeren uit de megarische school, z. Euclides no. 3.

Door een noodlottig toeval doodde Amph. zijn oom voordat de oorlog beslist was, waarom hij door Sthenelus uit Tiryns verjaagd werd; hij ging naar Thebe en Alcmene volgde hem. Creon, zijn moeders broeder, reinigde hem van zijn bloedschuld en beloofde hem hulp tegen de Taphiërs, wanneer hij den wilden vos, die toen het land verwoestte, wist te vangen of te dooden.

Hoewel de vos volgens een orakel niet ingehaald konde worden, nam Amph. die taak op zich en leende van een Athener, Cephalus, een hond, die alles konde inhalen. Zeus veranderde beide dieren in steenen, waarop Creon de toegezegde hulp verleende. Amph. veroverde Taphus en schonk het rijk aan Cephalus, terwijl hij naar Thebe terugkeerde en met Alcmene huwde, bij wie hij vader werd van Iphicles.

Ofschoon hij in het begin gewenscht had, volgens het bevel der goden, uit het land verbannen te worden, weet Creon hem tot bedaren te brengen, en zoolang deze regeert, blijft O. inderdaad te Thebe. Toen echter zijne beide zonen volwassen waren geworden, behandelden zij hun vader met minachting, en spoedig dwongen zij hem het land te verlaten.