Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Want ongetwijfeld bleven gedurende den dikwijls herhaalden doormarsch van Duitsche natiën, in hunne dalen afstammelingen van zeer verschillende stammen achter. Bij dit mengelmoes zullen waarschijnlijk ook nog de oude Rhaetiërs, oorspronkelijk Celtische bewoners, gekomen zijn.
Al de beroemde, bij ons zoo populaire namen der Koningin Génevra, van Percival, Lancelot, Titurel, Lohengrin, Tristan en Isolde, zijn Celtische namen van helden, die het wegstervende Wales aan onze phantasie overgeleverd heeft.
Uiterst langzaam, stuksgewijze ieder eeuw om zoo te zeggen een stukje zijn de oude Celtische stammen in den Anglo-Saksischen smeltkroes gevallen. De Celtische Kimren of Britten in Wales, waarmede de strijd voor anderhalf duizend jaren begon, hadden nog tot de 13de eeuw hun eigene Vorsten, hun zelfstandig leven. Eerst in het jaar 1284 onder Koning Eduard I, werden zij eene Engelsche provincie.
Volgens hunne meening drong van beneden, uit de Celtische boerenhutten en uit Celtisch-Romanische steden, in den loop der tijden het oude oorspronkelijk element van Gallië steeds invloedrijker naar boven, en in de Fransche revolutie, zooals ook in het door deze nivelleerende beweging voorbereide Imperialisme, zien wij eene laatste en volkomene overwinning van het Celten- en Romanendom over het Germanendom in Frankrijk.
Ook is daarbij Romeinsche taal, zeden en beschaving, en ten laatste ook het Christendom, in de Zuid-Oostelijke vlakke streken van Engeland onder de Celtische grond-bevolking verbreid geworden.
Het eerste volk, dat ons in het Boven-Elbe-bekken genoemd wordt, de "Bojers", zou van Celtische afkomst geweest zijn en van hen zou het land zijne namen "Bojenheim", "Boheim" "Boheme" ontvangen hebben. Ten tijde van Christus geboorte, werd dat bekken door een volk van Duitschen stam, door de "Markomannen" in bezit genomen.
Het uitzicht dezer reuzen is niet kwaadaardig. Zij hebben knokige, vooruitstekende voorhoofden en jukbeenderen, waartusschen hunne vriendelijke lichtgrijze oogen verborgen liggen; breede monden; kleine witte tanden, en dunne haren van de echt Celtische kleur, die bij den ouden reus reeds eenigszins beginnen te verbleeken.
Zelfs de Celtische heidenpriesters schijnen met de kracht van den stoom bekend geweest te zijn. En lezen we ook niet van Blasco de Garay, een' zeeman, die ten tijde van Keizer Karel V, dus drie eeuwen geleden, in de haven van Barcelona eene openbare proef gaf van het voortstuwings-vermogen van schepen door middel van stoom?
Het schijnt dien ten gevolge, dat de tegenwoordige Engelschen eene taal spreken, die van die der Celtische Britten verschilt, maar dat zij dezelfde uitspraak, denzelfden "timbre" hebben als deze. Zij hebben zich, om zoo te zeggen, dus de spreekwerktuigen der oude Britten eigen gemaakt.
De rest der Celtische bewoners van de Schotsche Hooglanden, de Schotsche "Highlanders," heeft, ofschoon een broederstam der Ieren, in den nieuweren tijd veel minder van zich doen spreken dan deze. Zij waren van oudsher minder talrijk dan de Ieren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek