United States or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !


Nu en dan bespeuren wij ook kleine, fraaie eekhorentjes, die zich haastig uit de voeten maken, en ook wolven, die op een afstand rustig rondsluipen. Na een zeer vervelenden rit van twaalf uren, steeds door stofwolken omgeven, komen wij eindelijk te Cedar-City, een mormoonsch dorp, dat mij, te midden dezer eentonige wildernissen, bijna eene bloeiende oase schijnt.

De bewoners der hoeve hadden mij reeds eenmaal gastvrij ontvangen: ditmaal werd ik hartelijk welkom geheeten door de vrouw des huizes en hare dochters. Had ik mij te Cedar-City verbaasd over de wijze waarop ik door den bisschop was ontvangen en waarop zijn huis was ingericht, te Pipe-Spring was mijne verwondering nog grooter.

Boven Cedar-City verrijst een vrij hooge berg van rooden zandsteen. In het rond strekken zich akkers en weilanden uit. De heer Lund is zelf mormoon en kent al de inwoners. Zijn eerste werk is, mij bij den bisschop van Cedar-City te brengen, waar wij een avondmaal en nachtlogies vinden. De bisschop is landbouwer.

Het huis van den bisschop, dat uitmunt door onberispelijke zindelijkheid, dient tot logement voor de zeer weinige reizigers, die zich te Cedar-City moeten ophouden, en tevens tot telegraafkantoor. In den salon brandt een lekker vuur, waaraan wij ons kunnen warmen; in de kamers liggen tapijten.