United States or South Sudan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daarentegen is de zoogenaamde grootbloemige variëteit, de Anthurium Scherzerianum grandiflorum, met een zeer groote, fraai roode bloemscheede, vrij algemeen verspreid. Men kweekt deze planten het best in vlakke potten of schalen. Bij het verplanten moet men zeer voorzichtig zijn met de dikke, vleezige wortels, daar die zeer broos zijn en dus gemakkelijk afbreken.

De Paradijsvogels, waarvan ongeveer 50 soorten bekend zijn, bewonen het Australische faunistische Rijk; slechts één soort wordt op Madagaskar gevonden. Niet alleen van hen, maar ook van andere prachtig bevederde Vogels wordt het vel sedert eeuwen in den handel gebracht; vooral de Nederlanders hebben zich met het inruilen van deze huiden tegen andere waren bezig gehouden. De wijze, waarop de inboorlingen ze toebereiden, wordt door Wallace op de volgende wijze beschreven: "Nadat de vleugels en pooten afgesneden zijn, wordt de huid tot aan den snavel afgetrokken en zelfs de schedel weggenomen. Tot steun van de huid dient een stevige stok, die aan den staart beginnend, vóór den hek uitkomt. Om dien stok heen worden eenige bladen in de huid gestopt; het geheel wordt gewikkeld in de bloemscheede van een palm en gedroogd in de rookerige hut van den inboorling. Op deze wijze verschrompelt de kop, die inderdaad groot is, tot bijna niets en wordt het lichaam klein en kort, zoodat het wapperend gedeelte van den vederendos des te sterker uitkomt. Vele van deze door inlanders bereide huiden zijn zeer zuiver; niet zelden vindt men er eenige bij, waaraan de vleugels en de pooten niet ontbreken; andere daarentegen zijn vreeselijk zwart van den rook; alle geven een geheel verkeerd denkbeeld van de proportiën van den levenden Vogel." "De inboorlingen van Misool," zegt Von Rosenberg, "laten de pooten en slagpennen aan het vel; de van daar afkomstige huiden zijn om die reden het best geschikt om naar behooren opgezet te worden. Ook de Aroeneezen zijn, toen zij bespeurden, dat ongeschonden exemplaren meer gevraagd en beter betaald worden dan defecte, langzamerhand begonnen af te wijken van de oude gewoonte om de pooten en de vleugels af te snijden, zoodat thans ook van de Aroe-eilanden goede huiden ter markt komen. De Paradijsvogelhuiden worden voornamelijk door handelaars van Makassar, Ternate en Oost-Ceram opgekocht en vervolgens onder den naam van Boerong-Matie (doode vogels) naar Ternate, Makassar en Singapoer gebracht, van waar zij verder naar Europa en China worden uitgevoerd. Volgens het zeggen dezer lieden komen de fraaiste huiden van de noordkust van Nieuw-Guinea en van de gewesten, die in de nabijheid van het verst van zee gelegen deel van de Geelvinkbaai voorkomen. De sultan van Tidore, aan wien het onder Nederlands oppergezag staande gedeelte van Nieuw-Guinea schatplichtig is, ontvangt jaarlijks van daar bij wijze van schatting een onbepaald aantal huiden, welker geldswaarde op de plaats zelf 25 cents

De behandeling der boomen is dezelfde als in geheel Indië; de man slaat de bloemen, nog in hun scheeden besloten, van den boom, geeft er een snede in met een scherp stuk hout; met een mes snijdt hij dan telkens een klein stukje van de bloemscheede af en wrijft de oppervlakte in met kalk, als het sap bestemd is voor de vervaardiging van suiker, en met een blad, als er kalloe, dat is de gegiste drank, van moet worden gemaakt.

Ook de Calla Childsiana, een uit Amerika stammende soort, is in korten tijd zeer populair geworden. Haar bloemscheede is schitterend wit, groot en mooi naar buiten omgeslagen. Een andere, die ook zeer veel aangetroffen wordt, is de Calla æthiopica albo-maculata, die wit gevlekte bladeren heeft. Deze in al haar afmetingen kleinere, doch veel stevigere plant, is reeds lang bekend.

De Anthurium Scherzerianum, is afkomstig uit Guatemala en is kenbaar aan haar lange, zeer donkergroene, lederachtige bladeren. De bloemen verheffen zich op lange stelen boven de bladeren. De bloemkolf is in verschillende bochten gewonden en de teruggeslagen, dikwijls aan de spits eenigszins opgerolde bloemscheede prijkt met het schoonst denkbare rood.

De vrouwelijke bloemen worden door eenen langen steel gedragen, die haar in staat stelt, tot aan de oppervlakte van het water te komen en daar hare bekoorlijkheden ten toon te spreiden. De mannelijke bloemen stijgen niet hoog genoeg, om ze te bereiken. Maar somtijds ontsnappen zij plotseling uit de bloemscheede, die ze omsloten hield, en verheffen zij zich tot de huwelijkssponde.

Beide planten zijn ook voor het aquarium te gebruiken. Evenals de Calla's behandelt men ook de in de laatste tijden ingevoerde Arum-soorten met fraaie bloemen, die een zeer donkerbruine, ja somtijds zelfs een bijna zwarte bloemscheede hebben. De meest bekende van deze soorten is de uit Palestina afkomstige Arum sanctum, ook wel Arum palæstinum genaamd.