Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juni 2025
Toen zij op een dag zich daarover beklaagden en er een metgezel van hen bijgekomen was, die Nello heette, een schilder, overlegden zij, om zich op kosten van Calandrino te goed te doen. Zonder uitstel, na geregeld te hebben, wat zij te doen hadden, beloerden zij den volgenden morgen, hoe laat de Calandrino uit huis ging.
Hunne lippen krulden rijzekens omme en ze beloerden verrukt 't gefonkel van den ontzaglijken hemel, die over hen, in zilverig gedrup, zijne wijdsche blijheid uitstortte. Overal zijpelde het zachte licht en 't wielde menig de tinteling ommentweere langs de bolle diepte, allerzijds raderkens draaiend van kostbare juweelen.
Ze raapten zijn servet op, herlegden zijn mes als hij het, onder 't praten, onbedachts met de snede omhoog neergelegd had. Ze beloerden 't minste gevaar, 't minste ongemak. Ze vingerden de broodkruimels weg, die onder zijne handen rolden. Hij sprak. Ze luisterden gulzig naar den klank van zijne stem, meer dan naar den zin van zijne woorden.
Een zoevende wind schuifelde door de knoestige boomarmen. De laan lag eenzaam onder een violet-blauwe lucht, waar striemde, schuins-door, het zweepende onweer. Een groene tram rinkelde voorbij. De kleine oogjes van Takker beloerden de tokkeling van den regen of blikten hooger-op naar een vlek van den lagen hemel, waar rolde een logge wolkenjacht.
Zij lieten 't, wijl ze een prooi beloerden, Die school in 't loof, noch dook in 't nat, Een blanke, dien zij met zich voerden, Een blanke, die in 't midden zat, Die aan zijn heup geen wapen had, En, schoon geen banden hem omsnoerden, Toch opzag en den Heere bad! Wèl mogt hij!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek