United States or Germany ? Vote for the TOP Country of the Week !


Een aantal amuletten, welke men op mummies vond, zijn met krachtwoorden, of tooverformules, beschreven; dezen zouden hem ten dienste staan in de andere wereld.

Bewaarders met rooden tulband op het hoofd, de sabel op zijde, namen de onderste treden der ghâts in, vorderden de schatting, in gezelschap van nijvere brahmanen, die rozenkransen, amuletten of andere vroomheidsmiddelen verkochten.

Men plaatste verder amuletten op zijn lichaam om dit tegen den invloed van booze geesten, zoowel op deze wereld, als in het leven hiernamaals, te beschermen. In het Oude Rijk, dat men het tijdvak der Pyramiden kan noemen, komt een nieuwe wijze van begraven in zwang, en wel een eenvoudige soort van mummificatie.

Wel geeft men nog den doode het scheermes mee, maar m.i. omdat dit door de aanraking, evenals de naald, waarmee het doodskleed genaaid werd, "gevaarlijk" geworden is; dan ook rozenkrans en medailles ter vervanging der amuletten van eertijds; aan vrouwen wordt nog wel eens schaar, vingerhoed e.d. toegevoegd.

De overblijfselen van fetischisme kan men nog bespeuren in de amuletten, welke door ieder Egyptenaar, hetzij dood of levend, werden gedragen. Alle amuletten behooren tot de natuur der fetischen en dikwijls hoort men de bewering, dat het geluk in haar huist.

De kinderen van de rijken kan men zien met colliers van amuletten, geborgen in kleine zilveren doosjes, om den hals, terwijl zelfs de armste arbeider een amulet heeft, gewikkeld in een stukje leêr en gedragen om den hals of om den arm gebonden.

Het dak van zijn huis, de voorsteven van zijn schip, de muts zijner kinderen, de hals van zijn paard, de kooi zijner vogels, alles behangt hij met amuletten en tegenmiddelen tegen "het booze oog" of tegen andere betooveringen. Veel van dit bijgeloof stamt nog uit de steppen en uit den tijd van het Heidensche nomaden-leven af.

Wij vinden inderdaad op tal van amuletten, die nog bewaard zijn gebleven, allerzonderlingste afbeeldingen. Voornamelijk speelt het oog zelf daarbij eene groote rol.

Hij wenkte; een andere Gal bracht een laadje waarin de amuletten en toonde ze: Gesneden naar den heiligen Navel der Moeder der Goden, uit den hemel gevallen en die, met juweel versierd, bewaard wordt in haar tempel? Hoeveel? vroegen de beide vrouwen, nu wel begeerig, elk een naveltje kiezende.

Dionysius erkent, dat de volkspraktijk aan al die zegenspreuken, amuletten enz. wel degelijk de zelfstandige waarde toekent, die hij loochent, en meent, dat de geestelijken dan ook liever maar al die gewoonten moesten verbieden.