United States or Cabo Verde ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij had dunne zilveren armbanden, en een halsband van hetzelfde metaal, met het opschrift: "Wamba, de zoon van Weetniet, lijfeigene van Cedric van Rotherwood." Deze man droeg dezelfde soort van sandalen als zijn makker; maar, in plaats van met lederen riemen, waren zijn beenen bedekt met een soort van slobkousen, waarvan de eene rood en de andere geel was.

Witholds dag, onder den ouden eik in de laan van Hart-hill; het bovenstaande geschreven zijnde door een heilig man, een dienaar van God, van de Heilige Maagd, en St. Dunstan, in de kapel van Copmanshurst." Onder dit geschrift bevond zich vooreerst een ruwe schets van een hanekop en kam, met een opschrift, hetwelk verklaarde, dat dit het teeken was van Wamba, den zoon van Weetniet.

Ik nam dadelyk één der stokken, dienende om myne leuningstoel te dragen, en liet dien op het hoofd van den weetniet vallen; want ik had nog geen kragt genoeg, om hem een slag toe te brengen. Hy vroeg naar niets meer, en begaf zig zeer schielyk weder in zyn vaartuig. Myne Negers groetten hem, by zyn vertrek, met drie vreugde-galmen.

Er zijn gegronde redenen, waarom de zoon van Weetniet voor den zoon van Hereward sterft; maar er zou weinig wijsheid in steken, om te sterven voor iemand, wiens vader hem vreemd was." "Schurk," zei Cedric, "de voorouders van Athelstane waren Koningen van Engeland!

Ik nam dadelyk één der stokken, dienende om myne leuningstoel te dragen, en liet dien op het hoofd van den weetniet vallen; want ik had nog geen kragt genoeg, om hem een slag toe te brengen. Hy vroeg naar niets meer, en begaf zig zeer schielyk weder in zyn vaartuig. Myne Negers groetten hem, by zyn vertrek, met drie vreugde-galmen.

"Ik ben Wamba, de zoon van Weetniet, die de zoon was van Warhoofd, die de zoon was van een Raadsheer." "Maakt plaats voor den Jood in de voorste rij van den ondersten kring," zei Prins Jan, niet ontevreden misschien, een voorwendsel te vinden, om van zijn eerste voornemen te kunnen afzien; "den overwonnene naast den overwinnaar te plaatsen, ware tegen de wetten der ridderschap!"

Luistert dus met uwe 600,000 ooren en verschoont het gebrekkige mijner voordracht." Uitbundige toejuichingen! »Mijne heeren! Ieder mag zijn goed- of afkeuring te kennen geven. Dat is dus afgesproken." »Vergeet echter niet, dat gij te doen hebt met een weetniet, wiens onwetendheid zoo ver gaat, dat hij zelfs onbekend is met de moeilijkheden.

»Gij hebt het zeer gemunt, mijnheer, op een armen weetniet, die niets liever verlangt dan onderricht te worden." »Waarom roert gij dan wetenschappelijke vraagstukken aan, als gij er geen kennis van hebt?" vroeg de onbekende vrij brutaal. »Waarom? Omdat ik mij juist door mijn zwakheid sterk gevoel." »Uw zwakheid wordt dwaasheid," merkte de onbekende zeer onbeleefd aan.

Ik wil mij laten genezen, sprak Lamme; maar dat geen andere, geen weetniet, geen leepoogige, stinkneuzige, etterige, slijmerige rabauw zich verstoute hier binnen te komen, om hier als kok te tronen in mijne plaats, en met zijn vuile vingeren mijne sausen te vermorsen, of ik sla hem den kop in met mijn houten pollepel, dewelke dan van ijzer zou zijn.

"U hier in mijne plaats laten!" riep Cedric, verwonderd over het voorstel; "wel, zij zouden u ophangen, arme jongen." "Laat hen doen, wat zij durven," zei Wamba, "mij dunkt, zonder uwe afkomst te kort te doen, dat de zoon van Weetniet met even veel deftigheid in ketens kan hangen, als de keten op zijn voorvader, den raadsheer hing."