United States or Eritrea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij keerde weder naar het wachthuisje. Het tempeest was grootendeels voorbijgedreven; want alhoewel het nog sterk regende, kon men reeds aan den verren horizont eenige sterren zien glinsteren. Jan Verhelst wist niet wat hij doen kon om den notaris te helpen. Zijn hoofd met koud water wasschen, belette het bloed niet te vloeien.

Uit beider oogen ontsprong een tranenvloed. "Ach, dat verpletterd lijk ginder is Josef, de koetsier van Mr. Vereecken!" "Ja, de arme jongen! Zet de lantaarn neder," zeide de man. "Vat het lichaam bij de beenen; wij zullen den gekwetste in het wachthuisje op ons bed dragen en zijne wonde wasschen en hem laven. Ik sterf schier van schrik; maar de nood gebiedt; wij moeten sterk blijven.

De ploeger ligt niet ver van zijn vee in het gras langs den weg, of op de bale-bale van een wachthuisje. Zijn kinderen brengen hem zijn middagmaal, rijst met een droog vischje, een gezouten ei, wat scherpe toespijs, en allicht een portie varkensvleesch. Misschien brengen zij ook een kruik water mee uit de nieuw aangelegde leiding. Maar, zoo niet, dan weet hij toch wel aan een dronk te komen.

Ik nam mijne lantaarn, sloot wel zorgelijk de barreelen, hier bij mijn wachthuisje, en ging dan door het ijselijk weder naar den tweeden weg, op een boogschot verder. Daar vervulde ik insgelijks mijnen plicht en bleef volgens gewoonte bij den barreel staan, om den trein af te wachten.

Een wachthuisje werd daarbij getimmerd, om den boom nauwlettend te kunnen bewaken. »In de Achterzaan werd eene schans opgehaald ter plaatse, waar thans de kerk van Zaandams Westzijde ligt; ongeveer daar tegenover aan de Oostzijde, op den Schinkeldijk een tweede, van kleineren omvang, en eenige schreden verder nog een derde, »op eenige rietbordjes" aangelegd.

Er klonk in de verte een sidderend gebrom als van eenen toethoorn. "De trein gaat voorbijkomen," zeide de baanwachter. "Blijf zitten, moeder, ik keer onmiddellijk tot u weder." Hij begaf zich naar de barreelen bij zijn wachthuisje, sloot ze van wederszijden der baan en liep dan op een boogschot verder, waar hij insgelijks de barreelen van eenen anderen steenweg toeschoof.

Aan deze draden hangen groote, droge bladen, bonte lappen, poppen, houten kleppers en dergelijke voorwerpen. Zoodra nu de inboorling, die, als een spin te midden van haar web, in het wachthuisje zit, aan de draden trekt, zullen gelijktijdig alle droge bladen beginnen te ratelen, terwijl de poppen zich bewegen, de klepperhoutjes geluid geven, enz.; vol schrik vluchten nu de ongenoode gasten.

En over het veld wordt een net van touwen gespannen, dat door een enkelen ruk van het wachthuisje uit, in beweging kan gebracht. Bonte lappen fladderen er aan; bamboe-schalmen geven klappend en fluitend geluid, de boer loopt er langs en schreeuwt vervaarlijk. Het ligt niet aan het rumoer, wanneer de rijstdiefjes niet, verschrikt, zéer verre blijven.

Aan beide kanten van den spoorweg zakten de sluitboomen, als twee lange, dunne, strakke armen zonder handen neer, een horen toeterde, een electrisch belletje rinkelde, een man kwam met een vuilrood vlaggelapje op zij van het wachthuisje staan. Hou hou, Belleken! Hou hou, Belleken!" paaide Standje, de merrie bij den breidel vasthoudend. Daar naderde de trein!

Ik zal tot hen gaan en hun doen begrijpen, dat zij niet mogen wanhopen en redenen hebben om met betrouwen op den eindelijken uitslag dezer droeve zaak te wachten. Onderwerp u zonder tegenspreken; ik ga oogenblikkelijk tot uw huisgezin." En hij verliet inderdaad het wachthuisje.