United States or Mauritius ? Vote for the TOP Country of the Week !


Niemand zou nu de gewone veldbloem meer hebben herkend; maar hoewel haar bloemblaadjes lang en gekruld waren en haar bladeren zoo helder en goed verzorgd, dacht zij toch somtijds aan Vrouw Wit, die eenzaam op het veld stond, en verbaasde zij er zich over, hoe zij het uithield gedurende al die lange en eenzame uren.

Daar lagen scherven van borden, stukken gips, lompen, oude hoeden en alles, wat als nutteloos weggeworpen was. De engel wees te midden van deze verwarring naar eenige scherven van een bloempot en naar een klomp aarde, die er uitgevallen was en door de wortels van eene groote, verdorde veldbloem, die niets waard was en die men daarom op straat geworpen had, bij elkaar gehouden werd.

Die eerbied en liefde voor het Latijn zal de ontwikkeling der volkstaal waarschijnlijk belemmerd hebben; de veldbloem heeft "tier noch zwier" in de schaduw van den grooten boom die haar het vrije genot van zon en wind en regen beneemt en beslag legt op de groeikracht van Moeder Aarde.

En God drukte al de bloemen aan Zijn hart; maar de arme, verwelkte veldbloem kuste Hij; en zij kreeg een stem en zong met al de engelen, die Gods troon omzweefden, enkelen dichtbij, anderen om hen heen in groote kringen, gedurig verder en verder, in het oneindige, maar allen even gelukkig.

Hij was pas getrouwd en had met zijn vrouw het huis betrokken, waarvoor het tuintje zich bevond; en hier stond hij nu naast haar, terwijl zij een veldbloem, die zij heel mooi vond, in een pot zette; zij plantte haar met haar kleine hand en drukte de aarde met haar vingers vast aan. «Ai! Wat was datZij prikte zich. Boven de weeke aarde stak een zeker puntig voorwerp uit.

En allen zongen zij, kleinen en grooten, het goede, gezegende kind en de arme veldbloem, die daar verwelkt gelegen had, weggeworpen in het vuilnis, onder het ontuig van den verhuisdag, in de nauwe donkere straat. Daar was eens 't is al vele jaren geleden een keizer, die zoo ontzaglijk veel van nieuwe kleeren hield, dat hij al zijn geld uitgaf om mooi gekleed te gaan.

En aan hun voet kabbelt de kleine beek, en droomt de blanke veldbloem, en de engel des vredes schrijdt met zachten tred en uitgespreide vleugels over het aardrijk heen. Maar hoort ge daar niets? 't Was de nachtwind maar, die in het struikgewas ritselt. Neen, 't is toch de nachtwind niet. Het geruisch komt uit de verte, en het klinkt anders dan het geritsel van den wind in het gebladerte.

Uit aldoor stinkender poel rijst het zuiverlijk, ooveral leeft het, onaangetast, in zeeën van leelijkheid. Als de rooke eener veldbloem in vunze achterbuurt, als een verdoolde vlinder in bloedig-donker slachthuis, als het koeren eener woudduive in beurs-gezwatel, als het donder-gromlen booven het gejoel eener dorpskermis.

Justus was tot eenen flinken zeventienjarigen borst, Marieken tot eene stemmige veldbloem van vijftien opgegroeid. Eens op eenen warmen Juni-avond hadden onze jeugdige vriend en zijn vriendinnetje zich de weelde veroorloofd van een watertochtje.