United States or Myanmar ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik geloof, dat niemand zoo vurig verlangt naar liefde van vele mannen als gij, sinds uw sneeuwblanke armen den moordenaar van uw broeder hebben omhelsd." Idoena schrok zeer van Loge's snijdenden spot: zij had alleen maar Bragi willen bedaren, en zeide dat dan ook.

Maar hun vreugde was kort, want zij vroegen mij weldra om vrede. Wat deed Haarbaard ondertusschen?" "Ik was ook in het Oosten," zei Haarbaard, "maar om met een vrouwtje te vrijen. Ik schertste en stoeide met het sneeuwblanke schepsel; 't kind was gelukkig met mijn gunst. Wat deed Thonarr ondertusschen?"

Maar ondanks den toover van het verleden en de bekoring van ligging en omgeving, is Reval een allerellendigste stad. De moreele atmosfeer is ondragelijk. Men voelt overal de korruptie, het bederf, dat het Entente-goud verspreidt. Men ruikt den stank ervan, men voelt de rustelooze pogingen eener internationale bende schavuiten, om zich door woeker en bedrog, door het uitbuiten der ellende van Sowjet-Rusland, te verrijken, als een sterken alom tegenwoordigen wil om zich heen. Dronkenschap is op straat, in de café's en restauraties een zoo gewoon verschijnsel, dat niemand er op let; het volk zuipt gemeenen brandewijn, de rijkaard fijnen franschen wijn of champagne. Alles is te krijgen in Reval, als men betalen wil. De winkels liggen propvol met allerlei delicatessen, zuidvruchten, zoetigheden en weelderig gebak. Een bijzonderheid is het fijne, sneeuwblanke tarwebrood, uit amerikaansch patentmeel vervaardigd; het wordt overal aan stalletjes en kraampjes verkocht; een broodje, zoo groot als een nederlandsch kadetje kost 10 Esthische mark, een chinaasappel veertig

Zoo niet, duisternis, verbastering, onrecht en bloedige wederwraak over de komende wereld!" Veel verder in de rij der gelijkvormige werkmanswoningen was er een huisje, dat zich onderscheidde door zijne netheid. Tot op de straat was er wit zand voor de deur gestrooid. Drie of vier bloempotten geurden op de vensters, achter sneeuwblanke gordijntjes.

Aan de muren van kraakheldere kalk gloeide ros en goud al 't koper in den zonneschijn, en boven het stalen fornuis hing in blauwig sneeuwblanke plooien het schoorsteenvalletje aan de glimmende roe.... Met 'r beetje kleeren soms nog op schoot, zat het kind al starende in een lang gepeins. "Net een hofjeskneu, net pietjelut met de lange lip," pruttelde, ongeduldig, de moeder 's avonds tegen Ant.