United States or Timor-Leste ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zij zegt: gelukkige ik, dat ik dit Leven zag, Dat ik dit Leven zie in al mijn oude droomen, De jonge gouden vreugd, die is tot bloei gekomen Onder mijn zil'vren stam ... Vermolme dien de Dood, Ik leef en bloei opnieuw in deze teed're loot. Lugano, 1907

100 zij schiet op tot een loot en tot een wilde plant: de Harpijen, voorts op zijne bladeren weidende, geven hem smart en aan de smart een venster. 106 Hier zullen wij ze uit-een rijten en door het droeve woud zullen onze lichamen worden opgehangen, elk aan het struweel van zijne gewelddadige ziel." En de andere, die te traag scheen te zijn, schreeuwde: "Lano, zóó vaardig waren niet

Verder Koper, Yzer, Lood en Loot. Als byzondere toestanden van het yzer aanduidende, bestaan de geslachtsnamen Staal, Koudstaal, Coudyser, Coudyzer en Caudyzer met Hardyzer. Ook de geslachtsnamen Van Koperen en Van Yzeren breng ik er toe, omdat ik deze namen anders niet en weet te duiden. In de tweede plaats vinden wy eenige namen van gesteenten, aardsoorten, enz. dienst doen als maagschapsnamen.

Ga, dierbre Jongling, ga! Blijf op het pad volharden, Dat, u ten heil, natuur met rozenbloesems tooit! Smeek groeikracht voor het zaad, zoo kwistig uitgestrooid! En rukk' geen wervelwind de jonge loot aan flarden, Die eens dat zaad ontspruit en 't jeugdig blad ontplooit!

Onder de Maya van Midden-Amerika en onder de Mexicanen heeft de godin van de maïs een zoon, de groene, jonge teedere loot van den maïsplant en deze herinnert ons sterk aan Horus, den zoon van Osiris, dien wij eveneens als een typisch voorbeeld van de wederopstanding kunnen aannemen.

Eenige geslachtsnamen zijn my nog bekend, die, door verkeerde schrijfwyze, slechts eene enkele z achter den oorspronkeliken mansvóórnaam vertoonen, en waar van de s, het kenmerk van den tweeden naamval verloren gegaan is. Dat zijn Arentz, Baartz, Baerentz, Clootz, van de mansvóórnamen Arend, Barend en Leendert, die welbekend, en Baart, Kloot, Feite, Loot en Reit, die minder bekend zijn.

Laat mij wederkeerig aan U. M. de eerbiedige verzekering mogen geven, dat die geestdrift slechts de onbedwingbare uiting was van de aloude, maar toch altijd jeugdige en frissche verknochtheid aan U. M. en Haar Huis en dat die geestdrift wel haar toppunt moest bereiken, nu die nieuwe loot aan den Oranjestam »Het Zonneschijntje« is het zonnetje in het Koninklijk Gezin, maar waarvan de stralen in deze dagen zoo talloos velen hebben verwarmd en gekoesterd.

De treurwilg nijgt èn loot èn loover-last, Die ’t water zoeken met een hoopvol trachten: En lijdzaam op de blijde stonde wachten, Dat zij door golfjes worden overplast: Men moet den popel, die zich buigt, verachten, De treurwilg, die de wolken zoekt, misdoet, Want elk moet, wat hem past te doen, betrachten: Wie, wat zijn aard beveelt, verricht, is goed: De duif zij zacht, maar de arend toon’ zijn krachten, En gal zij bitter, maar de honig zoet.

Het vroegere Zwin, waar oudtijds zulk een aanzienlijke handel gedreven werd, waarvan Maerlant getuigt in de Wapene Martijn: "Al waert al dijn, dat comt in 't Zwin, Gout, Zilver, Loot, Staal, IJzer, Tin;"

"Is je dat gemeend?" bracht zij uit in hare ontroering. "Ik ben een verloren mensch, en ik raak nog verder van wal, als jij niet wil.... Jij alleen kunt weer wat van me maken; als ik je zeg...." "Ik wil niets weten. Vertel dat anderen als je wil; maar mij niet!" "Als ik vrij loot, ging hij verder, dan verdien ik na een jaar of twee het dubbele van nu.