United States or Guatemala ? Vote for the TOP Country of the Week !


En totdat de tranen, die in zijn wijd geopende oogen welden, de schoone zon omfloersten en de pracht van hemel en aarde deden wegdeinzen in een duistere, trillende schemering ... 'Zoo moet gij bidden! zeide toen Windekind. Hebt gij wel eens op een fraaien herfstdag door het bosch gedwaald?

Uit de oranjezaal die weer in haar gewonen toestand was teruggebracht ofschoon eenige fraaie kamerplanten er toch waren in achtergebleven kon Eva de huizen aan de overzij van het marktplein volstrekt niet zien, en zelfs ternauwernood de boomen op een twintig schreden afstands. 't Was een sombere herfstdag. Eva tuurde naar buiten.

Dan moest hij weer aan dat boekje denken, waarin alles zoo klaar en eenvoudig geschreven stond, en aan dien eeuwig zonnigen stillen herfstdag, die dan volgen zou. 'Wistik! Wistik! Windekind hoorde het. 'Johannes! gij zult toch een mensch blijven, vrees ik. Zelfs uw vriendschap is als die van menschen, de eerste, die tot u sprak na mij, heeft al uw vertrouwen weggenomen.

Een desolate windroep klaagde over het water; het was een herfstdag vol verlatenheid en wegsterven van zomervreugde. En terwijl hij langzaam, met het luchtgeween om zijne ooren, was voortgewandeld, had hij haar zien naderen in het uitwaaien harer rokken en het wegfladderen van haar linten, hem tegemoet, en had hij ... o God! haar herkend!

Deze zijn vooral de bezichtiging waard om de schilderachtige omgeving, waarin zij zich bevinden. Het mooiste en belangrijkste zagen wij echter den eersten dag van ons verblijf in Mukden, in het oude koninklijk paleis. Het paleis was eigenlijk niet te bezichtigen, omdat het een Chineesche feestdag, de eerste herfstdag was.

De boomen ook waren heelemaal geel, rijk-vol van blaren; er was nog weinig najaarsstorm geweest.... En vluchten vogels, vele vinken, bontgestaart, beweeglijk in de zon, die trippelpootten, zwermden op, de ritselende boomen in, en achter hem weer neer, ze tjielpten, tjielpten onophoudelijk.... Het was een feest van najaarskleur en zuivere atmosfeer van lichten herfstdag.

Ik wil ze niet aanspreken, en het is hier leelijk: zoo denk ik er overEn weg gingen zij. Op een prachtigen, helderen herfstdag, men zou haast gezegd hebben, dat het nog midden in den zomer was, huppelden op het droge en schoongeveegde voorplein van het ridderkasteel de duiven, zoowel zwarte als witte en bonte; zij schitterden in den zonneschijn.

Nog eenmaal komt een glorierijke, kleurenweelderige herfstdag over de aarde, maar reeds houdt Helderwit den hoorn, waarmede de goden tot den laatsten strijd worden opgeroepen. Billings dochter is de aarde, en tevergeefs werft Wodan om haar. Zij weert hem af met wintervuren en de fakkels van den noorschen winternacht en den wolf van den winter. Wodans macht gaat ten einde.

Van die schikking was hij onkundig gebleven en toch had hij zich niet meer om zijne verplichtingen in dezen bekommerd, tot op zekeren herfstdag toen hij als met plotselinge herinnering van zijn verzuim werd getroffen, den sleutel van den toren nam en het huis uitliep. Eer zijne vrouw het weten en Frits hem volgen kon, was hij den toren opgeklommen.

Zijn vader zat telegrammen te schrijven, hield nu en dan op en zuchtte. Abraham keek naar buiten op de plaats, waar de herfstdag gelijkmatig troosteloos neerzeeg. De professor werd gestoord door een bleeken, zachtmoedigen man, dien Abraham kende als den aanspreker; en terwijl ze samen spraken, sloop hij weer naar de slaapkamer.