United States or Gabon ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij had zich uit brieven, dagteekenende van een paar jaar geleden, het adres van Westhove in Londen herinnerd en aanstonds White-Rose opgezocht, vreezende, dat Frank in dien tijd wel vier-, vijfmaal verhuisd kon zijn, zonder een spoor te hebben achtergelaten ... O, zijn angst, dien nacht, wachtende in den wind, terwijl het donkerder en donkerder werd; de duisternis alleen verlicht door de spookachtige blankheid der doodstille sneeuw!

Hij was op een breeden, zandigen landweg gekomen, volgde dien een eindje, stak dwars een steenweg over bij een kruispunt waar een eenzaam huisje stond, volgde weer de kronkelige baan tusschen het hooge koren. De doodstille zomernacht droomde.

Een zware klok galmde in 't verschiet, de avondklok van het naburig dorpje. Tien ure! Zij galmde melancholisch zwaar over het doodstille landschap; en andere klokken in de verte antwoordden, de eene in traag, de andere in sneller tempo, maar allen met iets droef-aangrijpends in bun verre, wijd-verspreide eenzaamheid.

Ik voelde mij als een ander mensch, toen wij door die nu zoo doodstille, hooge kamers liepen. Men wees ons ook de deur en de smalle trap, waarlangs de moordenaars van Rizzio zich indertijd toegang hebben weten te verschaffen tot de vertrekken der koningin.

Heel beneden zwemt de middenruimte van de baziliek als een heilige afgrond, en een geruisch als van golvende zee, als van duizenden echo's, fel bewogen lucht, zoemt suizende op, uit die diepte, die toch beneden eene doodstille kerk is, waar slechts ver, in ééne kapel, wat wordt gepreveld...

Was de vliegende Hollander hier komen landen in dees gruwelijken nacht? Het doodstille Klapdorp wentelde in donkerder nacht-diepten voort, laaglanend als een kelder, tot eindelijk de vaal-groene vlakte der Paardenmarkt daar voor mij openlag, als een omneveld meer in een bergland. Hoe rustig was weer alles.

En wij zaten, stom, strak, de handjes gevouwen op den tafelrand, den rug rechtop, een doodstille klas, machteloos overgeleverd aan een slavendrijver zonder hart of geweten. Zoo werd het gebed verhoord. Zoo daalde Gods afgebeden zegen in onze ontvankelijke kinderhartjes. Eens op een keer vond hij zijn man. In de klasse zaten twee broertjes.

Den treurwilg zag zij gelen, zijn takken hingen, ze trokken naar 't water, in doodstille gele aanbidding hingen ze er stom boven en zagen 't gele licht in den vijver. De wollige witte wolken zeilden in den vijver, ze schoven voor den blauwen hemel, maar dekten hem niet.

Toen nam Mariannes moeder de deursleutel in de hand om open te doen; maar op 't zelfde oogenblik hoorde ze zware schreden op de trap en een scherpe stem riep haar. Marianne luisterde; haar moeder haastte zich weg; de scherpe stem schold haar uit en toen.... Marianne hoorde iets vreeselijks in 't doodstille huis kon ze ieder geluid hooren.

Maar voor 't overige, wat 't is een genot voor wie vrij zijn van de gehate krankheid, als het lauwe luchtbad op de doodstille zee eens wordt afgewisseld door den frisschen, versterkenden wind, die stevig waait over het dek, en aan het rijzen en dalen der boot eens te bemerken, dat wij waarlijk op zee zijn!